RAV 2015/94
Billijkheidscorrectie. Komt een regresnemende verzekeraar een beroep toe op de billijkheidscorrectie van art. 6:101 lid 1 BW in geval van subjectieve omstandigheden aan de zijde van de verzekerde?
HR 10-07-2015, ECLI:NL:HR:2015:1873
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 juli 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04464
- Conclusie
A-G mr. J. Spier
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922067:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verkeersrecht / Aansprakelijkheid
Verzekeringsrecht / Schadeverzekering
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1873, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:462, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 03‑04‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑05‑2014
- Wetingang
Essentie
Schadeverzekering. Subrogatie. Billijkheidscorrectie.
Komt een regresnemende verzekeraar een beroep toe op de billijkheidscorrectie van art. 6:101 lid 1 BW in geval van subjectieve omstandigheden aan de zijde van de verzekerde?
Samenvatting
Op 11 oktober 2006 vond een verkeersongeval plaats, waarbij een taxibusje van Connexxion plotseling, abrupt en zonder verkeersnoodzaak remde, terwijl een bromfietser zo dicht op het taxibusje reed en met zodanige snelheid (terwijl hij niet steeds op het taxibusje lette) dat hij niet meer in staat was, toen het busje afremde, zelf tijdig af te remmen. De jeugdige bromfietser botste achterop het busje en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.