Einde inhoudsopgave
Europees Sociaal Handvest (1961)
Artikel 18 Recht op het uitoefenen van een op winst gerichte bezigheid op het grondgebied van andere Overeenkomstsluitende Partijen
Geldend
Geldend vanaf 26-02-1965
- Redactionele toelichting
Zie het Europees Sociaal Handvest (herzien) (1996) voor Nederland. Voor de Nederlandse Antillen en het Caribische deel van Nederland, Curaçao en Sint Maarten blijft dit Handvest van kracht.
- Bronpublicatie:
18-10-1961, Trb. 1963, 90 (uitgifte: 11-07-1963, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
26-02-1965
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-05-1980, Trb. 1980, 65 (uitgifte: 01-01-1980, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Internationale sociale zekerheid / Mensenrechten
Ten einde de onbelemmerde uitoefening van het recht op het uitoefenen van een op winst gerichte bezigheid op het grondgebied van elke andere Overeenkomstsluitende Partij te waarborgen, verbinden de Overeenkomstsluitende Partijen zich:
- 1.
de bestaande regelingen zo ruim mogelijk toe te passen;
- 2.
de bestaande formaliteiten te vereenvoudigen en kanselarijrechten en andere kosten welke buitenlandse werknemers of hun werkgevers moeten betalen, te verminderen of af te schaffen;
- 3.
de regelingen met betrekking tot de tewerkstelling van buitenlandse werknemers individueel of gemeenschappelijk op soepeler wijze toe te passen;
en erkennen:
- 4.
het recht van hun onderdanen om het land te verlaten ten einde op het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partijen een op winst gerichte bezigheid uit te oefenen.