Einde inhoudsopgave
Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen
Artikel 22b [Afdeling voor intensieve behandeling]
Geldend
Geldend vanaf 12-12-2003
- Bronpublicatie:
04-12-2003, Stb. 2003, 499 (uitgifte: 01-01-2003, kamerstukken: 28462)
- Inwerkingtreding
12-12-2003
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-2003, Stb. 2003, 499 (uitgifte: 01-01-2003, kamerstukken: 28462)
- Vakgebied(en)
Penitentiair recht / Justitiële jeugdinrichtingen
1.
Op een door Onze Minister als zodanig aangewezen afdeling voor intensieve behandeling nemen jeugdigen deel aan gemeenschappelijke activiteiten gedurende ten minste zes uren per dag door de week en gedurende ten minste vier uren per dag in het weekeinde.
2.
Een jeugdige kan op een afdeling voor intensieve behandeling worden geplaatst indien:
- a.
de jeugdige extra begeleiding behoeft,
- b.
de behoefte aan extra begeleiding het gevolg is van een psychiatrische stoornis of een persoonlijkheidsstoornis, en
- c.
de jeugdige ten gevolge van het gestelde onder a en b tijdelijk niet in een inrichting kan verblijven met een regime als bedoeld in artikel 22.
De plaatsing geschiedt alleen indien dit noodzakelijk is ter stabilisatie en behandeling van de jeugdige.
3.
De directeur bepaalt telkens binnen ten hoogste drie maanden en na advies van een psychiater of de noodzaak tot voortzetting van het verblijf op de afdeling voor intensieve behandeling nog bestaat.
4.
Een jeugdige die op een afdeling voor intensieve behandeling is geplaatst, verblijft, in afwijking van artikel 1, onder v, in een groep van ten minste twee personen.