Drie beginselen van fiscale rechtsbescherming
Einde inhoudsopgave
Drie beginselen van fiscale rechtsbescherming (FM nr. 77) 2000/3.1.1:3.1.1 Afweging van legaliteitsbeginsel en gelijkheidsbeginsel
Drie beginselen van fiscale rechtsbescherming (FM nr. 77) 2000/3.1.1
3.1.1 Afweging van legaliteitsbeginsel en gelijkheidsbeginsel
Documentgegevens:
Dr. R.H. Happé, datum 06-11-2000
- Datum
06-11-2000
- Auteur
Dr. R.H. Happé
- JCDI
JCDI:ADS396111:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Zie over het ‘beginsel’-karakter uitgebreid 1.3.2 e.v.
Kort daarvoor had de Hoge Raad er al blijk van gegeven dat hij aan het gelijkheidsbeginsel een grotere plaats wenste toe te kennen. Zie over dit arrest van 14 maart 1979, BNB 1979/140 verder 3.2.1.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het legaliteitsbeginsel en het gelijkheidsbeginsel zijn beide beginselen.1 In 2.1 is al aangegeven dat het legaliteitsbeginsel van art. 104 Gw van fundamenteel belang is voor de belastingheffing. Het beginsel heeft, anders gezegd, een groot gewicht. Daartegenover kan het gelijkheidsbeginsel komen te staan. Indien andere belastingplichtigen gunstiger worden behandeld dan de wet voorschrijft, doet zich het gewicht van het gelijkheidsbeginsel voelen. De belastingplichtige, die een zwaardere inbreuk op zijn eigendomsrecht moet verduren dan anderen die in vergelijkbare omstandigheden verkeren, weet zich ongelijk behandeld. Ongelijke behandeling door de overheid vraagt om een rechtvaardiging. Indien de fiscus geen of onvoldoende rechtvaardiging kan geven, neemt het gewicht van het gelijkheidsbeginsel ten opzichte van het legaliteitsbeginsel toe. In HR 6 juni 1979, nr. 19290, BNB 1979/211 erkende de Hoge Raad voor het eerst dat het gewicht van het gelijkheidsbeginsel onder omstandigheden zo groot kan zijn dat het legaliteitsbeginsel moet wijken.2 De Hoge Raad overwoog:
‘dat onder omstandigheden strikte toepassing van de wet waaruit de belastingschuld rechtstreeks voortvloeit, in die mate in strijd kan komen met een of meer beginselen van behoorlijk bestuur, dat die toepassing achterwege dient te blijven;
dat in het algemeen de vraag onder welke omstandigheden dit laatste zich voordoet van geval tot geval moet worden beantwoord door afweging van het beginsel dat de wet moet worden toegepast tegen een of meer in aanmerking komende beginselen van behoorlijk bestuur;
dat het een in het algemeen rechtsbewustzijn levend beginsel van behoorlijk bestuur is dat de administratie gelijke gevallen gelijk behandelt’.
Beginselen hebben een ander karakter dan rechtsregels. De vraag welk beginsel in een bepaalde situatie het zwaarste gewicht heeft, vereist een weging van de beginselen. Rechtsregels gelden in een bepaalde situatie of zij gelden niet. Als aan de criteria van de rechtsregel is voldaan, geldt de rechtsregel. Rechtsregels zijn in deze zin direct toepasbaar. Bij rechtsbeginselen is dat niet het geval. Rechtsbeginselen vormen een reden voor een bepaalde beslissing en door weging van het gewicht van de betrokken rechtsbeginselen beslist de rechter welk beginsel de voorrang heeft. Onder andere omstandigheden kan de beslissing van de rechter anders uitvallen omdat het gewicht van de beginselen anders is. In ieder geval geeft de rechter aan aan welk beginsel hij de voorrang geeft. Net zoals in de sfeer van het vertrouwensbeginsel gaat de rechter ook bij het gelijkheidsbeginsel vaak nog een stap verder en geeft hij tevens aan op welke wijze hij onder soortgelijke omstandigheden zal beslissen. De rechter vertaalt het zwaarst wegende beginsel tot een concrete voorrangsregel. In het jurisprudentie-onderzoek hierna zullen de verschillende voorrangsregels worden geïnventariseerd. Het belang van de voorrangsregels is dat het de rechter in staat stelt op eenvoudige wijze uit te maken welk beginsel in een bepaalde situatie de voorrang heeft. Als is voldaan aan de criteria van de voorrangsregel staat tegelijk vast welk beginsel het meeste gewicht in de schaal legt. De voorrangsregel heeft in dit opzicht een zelfde karakter als de ‘gewone’ rechtsregel. Zij gelden of zij gelden niet. Zij zijn direct toepasbaar. In dergelijke gevallen wordt de afweging van de rechtsbeginselen als het ware aan het, oog onttrokken. De aandacht gaat geheel uit naar de toepassing van de voorrangsregel.