Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de verlening van Europese octrooien (Europees Octrooiverdrag)
Artikel 61 Europese octrooiaanvrage ingediend door een niet-gerechtigde persoon
Geldend
Geldend vanaf 13-12-2007
- Bronpublicatie:
28-06-2001, Trb. 2013, 127 (uitgifte: 06-08-2013, regelingnummer: CA/D18/01)
29-11-2000, Trb. 2002, 64 (uitgifte: 25-03-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
13-12-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2007, Trb. 2007, 233 (uitgifte: 21-12-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
21-12-2007, Trb. 2007, 233 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Octrooirecht
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Indien bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing de aanspraak op verlening van het Europees octrooi is toegewezen aan een persoon die niet de aanvrager is, kan deze persoon, in overeenstemming met het Uitvoeringsreglement:
- a.
de Europese octrooiaanvrage in de plaats van de aanvrager als zijn eigen aanvrage voortzetten;
- b.
voor dezelfde uitvinding een nieuwe Europese octrooiaanvrage indienen; of
- c.
verzoeken dat de Europese octrooiaanvrage wordt afgewezen.
2.
Op een nieuwe op grond van het eerste lid, onderdeel b, ingediende Europese octrooiaanvrage is artikel 76, eerste lid, van overeenkomstige toepassing.