Wrakkenwet
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1994
- Bronpublicatie:
23-12-1993, Stb. 1993, 690 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23258 Overheid.nl: 23258)
- Inwerkingtreding
01-01-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-1993, Stb. 1993, 693 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Van het besluit van de beheerder dat opruiming noodzakelijk is, wordt ter plaatse waar het vaartuig of ander op te ruimen voorwerp zich bevindt of anders in de naaste omgeving daarvan mededeling gedaan, met herinnering aan het verbod in het tweede lid van dit artikel omschreven. Voorts wordt van dit besluit zo mogelijk mededeling gedaan aan de schipper of andere vertegenwoordiger van belanghebbenden.
2.
Zoodra de mededeling is geschied, is het verboden van het vaartuig of voorwerp zaken te verwijderen zonder vergunning van of namens den beheerder; deze vergunning wordt niet geweigerd met betrekking tot lijfgoed, beddegoed en scheepspapieren.
3.
Het verbod vervalt, indien naar genoegen van den beheerder zekerheid is gesteld voor de voldoening van de ter zake van opruiming te maken kosten.
4.
Onder de kosten ter zake van opruiming zijn in deze wet onder meer die tot mededeling, als in het eerste lid bedoeld, alsmede die tot berging, verlichting, bewaking en vervoer begrepen.