V-N 2024/39.13
Niet-erkend kind krijgt ondanks discriminatie geen rechtsherstel voor verkrijging van biologische vader
HR 06-09-2024, ECLI:NL:HR:2024:1130, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 september 2024
- Magistraten
Van Eijsden, Feteris, Wortel, Salomons, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
22/02354
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS977655:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Schenk- en erfbelasting / Algemeen
Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:1130, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑09‑2024
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑09‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:1201, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 22‑12‑2023
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat X niet is aan te merken als een kind van A. Wel is er sprake van discriminatie. Het ligt op de weg van de wetgever om in het rechtstekort te voorzien.
Samenvatting
Belanghebbende X is een van de erfgenamen van zijn biologische vader A. De moeder van X heeft niet toegestemd in de erkenning door A van X als zijn kind. X had wel family life met A. De inspecteur stelt dat terecht het derdentarief is toegepast op de verkrijging door X. Om te bepalen of X als kind of afstammeling van A ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.