Einde inhoudsopgave
Uitvoeringswet Rechtsvorderingsverdrag 1954 BES
Artikel 5
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Landsverordening van 16 maart 1967 ter uitvoering van het op 1 maart 1954 te 's Gravenhage gesloten verdrag betreffende de burgerlijke rechtsvordering tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (P.B. 1967, no. 46), zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
07-09-2010, Stb. 2010, 505 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
1.
Om overeenkomstig de voorschriften van het verdrag een gerechtelijk of buitengerechtelijk stuk te doen mededelen in een der Staten waar het verdrag van kracht is, wordt het exploot gedaan en het afschrift doorgezonden op de wijze, aangegeven bij artikel 5 sub 7 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES.
2.
Behalve de vereisten, bij het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BESvoor het exploot gesteld, zal daarbij worden vermeld het beroep of de maatschappelijke betrekking der partijen, zomede het adres van degene, aan wie de mededeling wordt verlangd. Tevens wordt daarin vermeld, dat het exploot overeenkomstig het verdrag moet worden medegedeeld, met opgave of verlangd wordt:
- a.
eenvoudige afgifte;
- b.
mededeling in de vorm, die in het land van bestemming is voorgeschreven voor het verrichten van soortgelijke mededelingen;
- c.
mededeling, als sub b bedoeld, alleen voor het geval, dat eenvoudige afgifte niet mogelijk is; of
- d.
mededeling in een bijzondere, in het exploot duidelijk aan te geven vorm.
In elk van de laatste drie gevallen is het exploot vergezeld van een vertaling in een van de talen, bedoeld bij artikel 3 van het verdrag; wordt bij het exploot een afzonderlijk stuk betekend, dan geldt hetzelfde omtrent dit stuk, zo het niet in een van die talen is gesteld. De vertaling moet voor overeenstemmend verklaard zijn door een beëdigd vertaler in het land van bestemming of door een beëdigd vertaler in Curaçao, Sint Maarten of de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
3.
Een tweede exemplaar van het exploot, alsmede van de in het voorgaande lid bedoelde stukken en vertalingen zal worden bijgevoegd.