NJB 2013/2518
Ambtshalve toevoeging raadsman ingevolge art. 41 lid 1 aanhef en onder b Sv, of bij verhindering of ontstentenis van deze een vervangende raadsman ingevolge art. 45 lid 1 en lid 3 of 4 Sv, wanneer hoger beroep is ingesteld en het een zaak betreft waarin verdachtes voorlopige hechtenis is bevolen. De in deze bepalingen in het belang van de verdachte gegeven voorschriften zijn van een zo grote betekenis dat, al wordt zulks niet uitdrukkelijk in de wet bepaald, de niet nakoming daarvan geacht moet worden aan een geldige behandeling van het onderzoek op de terechtzitting in de weg te staan
HR 12-11-2013, ECLI:NL:HR:2013:1155
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 november 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, V. van den Brink
- Zaaknummer
11/03728
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:1155, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑11‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:1157, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑09‑2013
- Wetingang
Essentie
Ambtshalve toevoeging raadsman ingevolge art. 41 lid 1 aanhef en onder b Sv, of bij verhindering of ontstentenis van deze een vervangende raadsman ingevolge art. 45 lid 1 en lid 3 of 4 Sv, wanneer hoger beroep is ingesteld en het een zaak betreft waarin verdachtes voorlopige hechtenis is bevolen. De in deze bepalingen in het belang van de verdachte gegeven voorschriften zijn van een zo grote betekenis dat, al wordt zulks niet uitdrukkelijk in de wet bepaald, de niet nakoming daarvan geacht moet worden aan een geldige behandeling van het onderzoek op de terechtzitting in de weg te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.