Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafrecht
Artikel 161 [Vernielen waterstaatswerk]
Geldend
Geldend vanaf 10-08-2004
- Bronpublicatie:
24-06-2004, Stb. 2004, 290 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken: 28463)
- Inwerkingtreding
10-08-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-07-2004, Stb. 2004, 373 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Hij die opzettelijk enig werk dienend tot waterkering, waterlozing, gas- of waterleiding of riolering vernielt, onbruikbaar maakt of beschadigt, wordt gestraft:
- 1°
met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan gevaar voor een overstroming of gemeen gevaar voor goederen te duchten is;
- 2°
met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is;
- 3°
met gevangenisstraf van ten hoogste vijften[lees: vijftien] jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is en het feit iemands dood ten gevolge heeft.