Einde inhoudsopgave
Rapport alimentatienormen 2010
b) Correcties voor bijzondere kosten
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2010
- Bronpublicatie:
01-07-2010, Internet 2010, www.nvvr.org (uitgifte: 01-07-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-07-2010, Internet 2010, www.nvvr.org (uitgifte: 01-07-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
In de tabelbedragen zijn alle normale kosten zoals die voor voeding en kleding begrepen. Bepaalde extra kosten zijn echter zo uitzonderlijk dat deze niet begrepen kunnen zijn in de standaardbedragen voor de kosten van kinderen.
In welke gevallen de tabelbedragen (naar boven toe) moeten worden bijgesteld, kan slechts in globale termen worden aangegeven omdat allerlei kosten/activiteiten uitwisselbaar zijn. Wanneer bijvoorbeeld in de kosten van kinderen een bepaald bedrag begrepen is voor ‘ontspanning’, dan kan dat bedrag op verschillende manieren worden ingevuld: van voetbal tot paardrijden of van computergame tot vioolles. Voorts blijkt dat hogere uitgaven aan de ene uitgavenpost samengaan met lagere uitgaven aan een andere post. Met andere woorden, wanneer een gezin meer dan gemiddeld aan kleding besteedt, behoeft dat niet te betekenen dat er voor de post kleding een correctie moet plaatsvinden. Gebleken is dat men zich hiervoor bezuinigingen getroost op een andere post.
Correctieposten betreffen dus kosten die niet of onvoldoende in de gehanteerde kosten van kinderen zijn verdisconteerd en welke bovendien niet te compenseren zijn met andere uitgavenposten. Voorbeelden van kosten die volgens de werkgroep in aanmerking komen voor correctie zijn de kosten van een gehandicapt kind, kosten van topsport, privé-lessen en extra hoge schoolgelden. Volgens de tekst van het rapport ‘Kosten van kinderen’ behoren ook hoge oppaskosten in verband met de verwerving van inkomsten tot de categorie bijzondere kosten die niet in de tabel verwerkt zijn. Uit onderzoek van het CBS is echter gebleken dat bij een echtpaar oppaskosten niet leiden tot in totaal hogere kosten van kinderen. Kennelijk worden in die situatie hoge oppaskosten c.q. kosten van kinderopvang gecompenseerd met lagere uitgaven aan een andere post. Als er sprake is van een alleenstaande ouder leiden hoge oppaskosten echter wel tot in totaal hogere kosten van kinderen. Daarom beveelt de werkgroep thans aan in geval er sprake is van een alleenstaande ouder met hoge kosten van kinderopvang, allereerst de desbetreffende kosten vóór de scheiding af te trekken van het netto besteedbaar gezinsinkomen en uitgaande van het dan resterende gezinsinkomen de behoefte van de kinderen te berekenen aan de hand van de tabel eigen aandeel van ouders in de kosten van kinderen. Vervolgens kan de behoefte worden vastgesteld door de werkelijke kosten van kinderopvang na de scheiding (dus na aftrek van de kinderopvangtoeslag en de werkgeversbijdrage in die kosten) op te tellen bij het in de tabel gevonden bedrag.