Einde inhoudsopgave
Aanbestedingswet 2012
Artikel 2.114 [Economisch meest voordelige inschrijving]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2016
- Bronpublicatie:
22-06-2016, Stb. 2016, 241 (uitgifte: 30-06-2016, kamerstukken: 34329)
- Inwerkingtreding
01-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2016, Stb. 2016, 243 (uitgifte: 30-06-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Aanbestedingsrecht / Gunning
Aanbestedingsrecht / Overheidsopdrachten
Aanbestedingsrecht / Aanbestedingsprocedure
1.
De aanbestedende dienst gunt een overheidsopdracht op grond van de naar het oordeel van de aanbestedende dienst economisch meest voordelige inschrijving.
2.
De economisch meest voordelige inschrijving wordt door de aanbestedende dienst vastgesteld op basis van de:
- a.
beste prijs-kwaliteitverhouding,
- b.
laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, bedoeld in artikel 2.115a, of
- c.
laagste prijs.
3.
Bij de toepassing van het eerste lid geschiedt de gunning op grond van onderdeel a van het tweede lid.
4.
Een aanbestedende dienst kan, in afwijking van het derde lid, gunnen op grond van onderdeel b of onderdeel c van het tweede lid. In dat geval motiveert de aanbestedende dienst de toepassing van dat criterium in de aanbestedingsstukken.
5.
Het vaststellen van de economisch meest voordelige inschrijving uitsluitend op basis van het gunningscriterium, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b of onderdeel c, is niet toegestaan ten aanzien van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorieën aanbestedende diensten en soorten opdrachten.
6.
De voordracht voor een krachtens het vijfde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.