NJFS 2015/224
Veroordeling Zes van Breda na herziening; Bayesiaanse rapportage; handhaving vonnis.
Hof Den Haag 14-10-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2860
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
14 oktober 2015
- Magistraten
Mrs. I.E. de Vries, A.M.P. Gaakeer, A. Kuijer
- Zaaknummer
22-000260-13
02-003176-94
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2015:2860, Uitspraak, Hof Den Haag, 14‑10‑2015
- Wetingang
Essentie
Herziening. Vervolg op HR 18 december 2012, NJ 2013/278.
In de zaken van de Zes van Breda worden de eerdere veroordelingen, met aanvulling en verbetering van gronden, gehandhaafd.
1. Het feit dat een novum ex art. 457 lid 1 onder c Sv de grondslag vormt voor de beslissing van de Hoge Raad tot herziening, betekent niet dat daarmee een beperking is opgelegd aan de aard en omvang van het onderzoek door de herzieningsrechter.
2. Het onderzoek en de beraadslaging door het Hof na herziening zijn niet beperkt tot het onderzoek op de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.