NJ 2023/78
Goederenrecht. Vruchtgebruik op vorderingen; gesloten stelsel goederenrechtelijke rechten.
HR 30-09-2022, ECLI:NL:HR:2022:1331, m.nt. F.M.J. Verstijlen
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 september 2022
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, A.E.B. ter Heide, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/01195
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Noot
F.M.J. Verstijlen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS690016:1
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Goederenrecht / Genotsrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1331, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑09‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:260, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑04‑2021
- Wetingang
Art. 3:201, 3:213 BW
Essentie
Goederenrecht. Vruchtgebruik op vorderingen; gesloten stelsel goederenrechtelijke rechten.
Samenvatting
Art. 3:201 BW bepaalt dat vruchtgebruik het recht geeft om goederen die aan een ander toebehoren, te gebruiken en daarvan de vruchten te genieten. Hetgeen door inning van aan vruchtgebruik onderworpen vorderingen wordt ontvangen, behoort aan de hoofdgerechtigde toe en is eveneens aan het vruchtgebruik onderworpen (art. 3:213 lid 1 BW). Uit deze bepalingen vloeit voort dat het recht van vruchtgebruik op vorderingen niet kan dienen om zich hetgeen door inning van die vorderingen wordt ontvangen, toe te eigenen. Dat zou immers erop neerkomen dat het geïnde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.