Hof Arnhem, 02-03-2011, nr. 24-002040-10
ECLI:NL:GHARN:2011:BP6540
- Instantie
Hof Arnhem
- Datum
02-03-2011
- Zaaknummer
24-002040-10
- LJN
BP6540
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHARN:2011:BP6540, Uitspraak, Hof Arnhem, 02‑03‑2011; (Hoger beroep)
Conclusie in cassatie: ECLI:NL:PHR:2012:BX0146
Cassatie: ECLI:NL:HR:2012:BX0146, Bekrachtiging/bevestiging
Uitspraak 02‑03‑2011
Inhoudsindicatie
Het hof veroordeelt verdachte ter zake van diefstal tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 weken met aftrek van voorarrest.
Partij(en)
Parketnummer: 24-002040-10
Parketnummer eerste aanleg: 07-085885-10
Arrest van 2 maart 2011 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 27 augustus 2010 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1951] te [geboorteplaats],
postadres: [adres], te [woonplaats],
niet ter terechtzitting verschenen. Wel verschenen is de raadsman van verdachte mr. O. Bolluyt, advocaat te Almere.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
De raadsman van verdachte heeft verklaard uitdrukkelijk te zijn gemachtigd verdachte ter terechtzitting te verdedigen.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep op 16 februari 2011, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte zal veroordelen tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 5 weken, met aftrek van de in verzekering door gebrachte tijd.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
hij op of omstreeks 25 april 2010 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen twee flessen whiskey (Johnny Walker), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het winkelbedrijf [bedrijf], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
Bewezenverklaring
Het hof acht bewezen dat:
hij op 25 april 2010 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen twee flessen whiskey (Johnny Walker), toebehorende aan het winkelbedrijf [bedrijf].
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
diefstal.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal van twee flessen whiskey. Winkeldiefstal is een ergerlijke vorm van criminaliteit die voor winkeliers hinder en schade oplevert. Door aldus te handelen heeft verdachte inbreuk gemaakt op de eigendomsrechten van het betreffende winkelbedrijf.
Blijkens een verdachte betreffend uittreksel justitiële documentatie d.d. 17 december 2010 heeft verdachte zich veelvuldig schuldig gemaakt aan winkeldiefstallen en tevens aan andere strafbare feiten. Zijn strafblad telt inmiddels 34 pagina's.
Het hof heeft voorts gelet op hetgeen ter terechtzitting namens verdachte omtrent zijn persoonlijke omstandigheden naar voren is gebracht.
De raadsman van verdachte heeft het hof verzocht om in plaats van een gevangenisstraf een werkstraf op te leggen. Het uitvoeren van een werkstraf zou verdachte een vorm van dagbesteding geven. Tevens staat verdachte open voor hulpverlening.
Met de advocaat-generaal is het hof van oordeel dat een voorwaardelijke gevangenisstraf of een werkstraf - gelet op de documentatie van verdachte - geen passende afdoening (meer) is. Aan verdachte zijn voor soortgelijke delicten vele kortdurende vrijheidsstraffen opgelegd, al dan niet in voorwaardelijke vorm. Deze straffen hebben verdachte er niet van weerhouden om wederom een strafbaar feit te plegen. Het hof ziet in het voorgaande aanleiding om een geboden onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur op te leggen.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 27, 63 en 310 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van vijf weken;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. H.J. Deuring, voorzitter, mr. D.V.E.M. van der Wiel-Rammeloo en mr. G.N. Roes, in tegenwoordigheid van mr. G.M. Fondse als griffier, zijnde mr. G.N. Roes buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.