Einde inhoudsopgave
Verdrag van Bazel inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan
Artikel 15 Conferentie der Partijen
Geldend
Geldend vanaf 05-05-1992
- Bronpublicatie:
22-03-1989, Trb. 1990, 12 (uitgifte: 01-02-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
05-05-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-05-1993, Trb. 1993, 72 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Afval
Milieurecht / Milieugevaarlijke stoffen
1.
Hierbij wordt een Conferentie der Partijen opgericht. De eerste vergadering van de Conferentie der Partijen wordt bijeengeroepen door de Uitvoerend Directeur van het UNEP uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van dit Verdrag. Daarna worden gewone vergaderingen van de Conferentie der Partijen gehouden met regelmatige tussenpozen, door de Conferentie vast te stellen tijdens haar eerste vergadering.
2.
Buitengewone vergaderingen van de Conferentie der Partijen worden gehouden op andere tijdstippen wanneer de Conferentie dit noodzakelijk acht, of op schriftelijk verzoek van een Partij, mits dit verzoek, binnen zes maanden nadat de Partijen hierover van het Secretariaat bericht hebben ontvangen, door ten minste een derde van hen wordt gesteund.
3.
De Conferentie der Partijen dient bij consensus procedureregels overeen te komen en aan te nemen voor haarzelf en voor elk ondergeschikt orgaan dat zij opricht, alsmede financiële regels voor het vaststellen van met name de financiële deelneming van de Partijen krachtens dit Verdrag.
4.
Op hun eerste vergadering overwegen de Partijen de nodige bijkomende maatregelen om hen te helpen hun verantwoordelijkheden ten aanzien van de bescherming en het behoud van het mariene milieu in het kader van dit Verdrag uit te voeren.
5.
De Conferentie der Partijen toetst en beoordeelt voortdurend de feitelijke toepassing van dit Verdrag, en daarnaast:
- a)
bevordert zij dat passende beleidslijnen, strategieën en maatregelen ter beperking tot een minimum van schade aan de gezondheid van de mens en het milieu door gevaarlijke afvalstoffen en andere afvalstoffen, worden geharmoniseerd;
- b)
overweegt zij wijzigingen op dit Verdrag en op de bijlagen daarbij en neemt zij deze aan, naar gelang de situatie vereist, waarbij zij onder andere beschikbare wetenschappelijke, technische, economische en milieuhygiënische gegevens in aanmerking neemt;
- c)
overweegt zij en neemt zij iedere bijkomende maatregel die vereist kan zijn voor het verwezenlijken van de doelstellingen van dit Verdrag in het licht van opgedane ervaring met de werking ervan en met de werking van de in artikel 11 voorziene overeenkomsten en regelingen;
- d)
overweegt zij protocollen en neemt zij deze aan, naar gelang de situatie vereist;
- e)
richt zij de ondergeschikte organen op die noodzakelijk worden geacht voor de toepassing van dit Verdrag.
6.
De Verenigde Naties, hun gespecialiseerde organisaties, alsmede iedere Staat die geen Partij bij dit Verdrag is, kunnen als waarnemer worden vertegenwoordigd bij vergaderingen van de Conferentie der Partijen. Andere lichamen of organisaties, nationaal of internationaal, gouvernementeel of niet-gouvernementeel, die bevoegd zijn op gebieden die verband houden met gevaarlijke afvalstoffen of andere afvalstoffen en die het Secretariaat op de hoogte hebben gesteld van hun wens als waarnemer vertegenwoordigd te zijn bij een vergadering van de Conferentie der Partijen, kunnen worden toegelaten tenzij ten minste een derde van de aanwezige Partijen daar bezwaar tegen maakt. De toelating van en deelneming door waarnemers is afhankelijk van de door de Conferentie der Partijen aangenomen procedureregels.
7.
De Conferentie der Partijen beoordeelt drie jaar na de inwerkingtreding van dit Verdrag, en ten minste elk zes[lees: elke zes] jaar daarna, de doeltreffendheid ervan en overweegt, indien dit noodzakelijk wordt geacht, het aannemen van een algeheel of gedeeltelijk verbod van grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en andere afvalstoffen in het licht van de meest recente wetenschappelijke, milieuhygiënische, technische en economische gegevens.