Einde inhoudsopgave
Kadasterregeling 1994
Artikel 3b
Geldend
Geldend vanaf 24-11-2006
- Redactionele toelichting
Dit artikel treedt tegelijk in werking met het KB van 25-01-2006, Stb. 59.
- Bronpublicatie:
06-12-2006, Stcrt. 2007, 4 (uitgifte: 01-01-2007, regelingnummer: 06.052729)
- Inwerkingtreding
24-11-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-11-2006, Stb. 2006, 568 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Goederenrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Algemeen
1.
De hoofdbewaarder onderzoekt op grond van de door de functioneel beheerder aan hem te verstrekken rapportages en overzichten tijdig of de duplicaten, bedoeld in artikel 9, derde lid, van de wet, zijn vervaardigd in overeenstemming met de daarvoor door het bestuur van de Dienst vastgestelde maatregelen. Indien dat het geval is, maakt de hoofdbewaarder een door hem te ondertekenen verklaring op als bedoeld in artikel 9, zesde lid, van de wet. Deze verklaring heeft de vorm van het model dat als bijlage 2a bij deze regeling is gevoegd.
2.
Indien van een in papieren vorm gehouden gedeelte van de openbare registers een duplicaat op microfilm en een duplicaat in elektronische vorm is vervaardigd en de verklaring, bedoeld in het eerste lid, is opgemaakt, vervangen deze duplicaten het desbetreffende in papieren vorm gehouden gedeelte van de openbare registers.
3.
De in het eerste lid bedoelde rapportage van de functioneel beheerder heeft de vorm van het model dat als bijlage 2b bij deze regeling is gevoegd.