Gst. 2019/146
B&W Zaanstad heeft in redelijkheid subsidiekortingen mogen gebruiken om de subsidie op grond van artikel 4:46 lid 2 Awb lager vast te stellen en de betaalde voorschotten terug te vorderen.
ABRvS 27-03-2019, ECLI:NL:RVS:2019:928, m.nt. D. van Tilborg & S.E.A. Groeneveld
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
27 maart 2019
- Magistraten
Mrs. N. Verheij, F.D. van Heijningen en A.J.C. de Moor-van Vugt
- Zaaknummer
201800704/1/A2
- Noot
D. van Tilborg & S.E.A. Groeneveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS88614:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Bestuursrecht algemeen / Subsidie
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2019:928, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 27‑03‑2019
- Wetingang
(Art. 4:46 Awb)
Essentie
B&W Zaanstad heeft in redelijkheid subsidiekortingen mogen gebruiken om de subsidie op grond van artikel 4:46 lid 2 Awb lager vast te stellen en de betaalde voorschotten terug te vorderen.
Samenvatting
Bij besluiten van 16 november 2015 en 13 april 2016 heeft B&W Zaanstad de aan de stichting verleende subsidies voor project 1 tot en met 5 lager vastgesteld en het teveel betaalde bedrag teruggevorderd. De stichting voert onder meer aan dat B&W Zaanstad ook de inhoudelijk aangeleverde gegevens had moeten beoordelen in plaats van slechts uitgaan van de kortingspercentages, nu niet is aangetoond dat sprake ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.