Regeling eigen bijdrage asielzoekers met inkomen en vermogen 2008
Artikel 7
Geldend
Geldend vanaf 26-11-2008
- Bronpublicatie:
12-11-2008, Stcrt. 2008, 228 (uitgifte: 24-11-2008, regelingnummer: 5557004/08)
- Inwerkingtreding
26-11-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-11-2008, Stcrt. 2008, 228 (uitgifte: 24-11-2008, regelingnummer: 5557004/08)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
1.
Onder vermogen wordt verstaan:
- a.
de waarde van de bezittingen waarover de asielzoeker bij de aanvang van de opvang beschikt of redelijkerwijs kan beschikken, verminderd met de op dat tijdstip aanwezige schulden. De waarde van de bezittingen wordt vastgesteld op de waarde in het economische verkeer bij vrije oplevering;
- b.
middelen die worden ontvangen tijdens de periode waarover beroep op opvang wordt gedaan, voor zover deze geen inkomen zijn als bedoeld in artikel 6.
2.
Niet als vermogen wordt in aanmerking genomen:
- a.
bezittingen in natura die naar hun aard en waarde algemeen gebruikelijk zijn dan wel, gelet op de omstandigheden van persoon en gezin, noodzakelijk zijn;
- b.
het bij de aanvang van de opvang aanwezige vermogen voor zover dit minder bedraagt dan de vermogensgrens als bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Rva 2005;
- c.
vermogen ontvangen tijdens de periode waarover beroep op opvang wordt gedaan, tot het bedrag dat het bij de aanvang van de opvang aanwezige vermogen minder bedroeg dan de vermogensgrens, bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Rva 2005;
- d.
spaargelden opgebouwd tijdens de periode waarin opvang wordt geboden;
- e.
vergoedingen voor immateriële schade voor zover dit, gelet op de aard en de hoogte van de uitkering, vanuit een oogpunt van het verlenen van verstrekkingen als bedoeld in artikel 9 van de Rva 2005, verantwoord is.