Einde inhoudsopgave
Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten
Artikel 1.7 Gebruik burgerservicenummer of onderwijsnummer
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2020
- Bronpublicatie:
01-07-2020, Stb. 2020, 234 (uitgifte: 08-07-2020, kamerstukken: 35252)
- Inwerkingtreding
01-08-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-07-2020, Stb. 2020, 276 (uitgifte: 22-07-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Onze Minister gebruikt het burgerservicenummer of onderwijsnummer van een leerling, ho-student of debiteur ter zake van de uitvoering van deze wet slechts:
- a.
in contacten met die leerling, ho-student of debiteur,
- b.
in contacten met personen en instanties voorzover deze zelf gemachtigd zijn tot het opnemen van het burgerservicenummer of onderwijsnummer in een persoonsregistratie, en
- c.
teneinde de gegevens van die leerling, ho-student of debiteur te vergelijken met de gegevens die over hem zijn opgenomen in het register onderwijsdeelnemers, bedoeld in artikel 4 van de Wet register onderwijsdeelnemers, voorzover dat noodzakelijk is voor de uitvoering van deze wet.
2.
Het burgerservicenummer of onderwijsnummer van de partner van een leerling, ho-student of debiteur of van de TOS-ouder of diens partner kan ter zake van de uitvoering van deze wet slechts worden gebruikt in contacten met die partner of TOS-ouder of met de desbetreffende leerling, ho-student of debiteur, alsmede, voorzover het betreft de controle op de rechtmatigheid, in contacten met personen en instanties voorzover deze zelf gemachtigd zijn tot het opnemen van het burgerservicenummer of onderwijsnummer in een persoonsregistratie.