NJ 1946/547
Vordering tot boedelscheiding. Exceptio plurium litis consortium.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 juni 1946
- Magistraten
Mrs. Nypels Meckmann. van der Flier Losecaat Vermeer en Smits
- Zaaknummer
[28061946/NJ_1946-547]
- Conclusie
Mr. Berger
- Noot
Mr. D.J. Veegens
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS164957:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1946:23, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑06‑1946
- Wetingang
(BW art. 1112-1171, 1332-1339; Rv art. 1.)
Essentie
Vordering tot boedelscheiding. Exceptio plurium litis consortium.
Samenvatting
Een vereenigde procesvoering, waarbij alle deelgenooten betrokken zijn, is alleen dan vereischt, indien het geding een rechtsverhouding tot voorwerp heeft, waaromtrent rechtens noodzakelijk is, dat de beslissing t. o. v. elk der deelgenooten in eenzelfden zin luidt.
Dit is niet het geval bij een rechtsvordering, welke alleen strekt om de wederpartij te nopen tot boedelscheiding mede te werken. Mogelijkheid van prae-judicieele geschilpunten.
Onderscheid tusschen de materieelrechtelijke verbintenis en de rechtsvordering tot boedelscheiding.
Ondeelbaarheid van het recht en de verplichting tot boedelscheiding.
Partij(en)
E. M. J. Landman, en haar ...