JWB 2015/32
Personen- en familierecht, Huwelijksvermogensrecht, Rechtsverwerking, Berusting
HR 16-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:85
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 januari 2015
- Zaaknummer
14/00183
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Vermogensrecht (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:85, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑01‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2002, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑11‑2014
- Wetingang
Essentie
Personen- en familierecht, Huwelijksvermogensrecht, Rechtsverwerking, Berusting
Samenvatting
Casus
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties wordt verwezen naar de vonnissen in de zaak 183178/HA ZA 09-585 van de rechtbank Arnhem van 3 juni 2009, 27 januari 2010, 8 december 2010 en 4 mei 2011 en de arresten in de zaak 200.088.021 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 26 juli 2011 en 3 september 2013. Tegen het laatste arrest van het hof heeft de man beroep in cassatie ingesteld.
Beslissing
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 lid 1 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.