Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011
Artikel 9.8 Rentevoordeel personeelsleningen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
30-12-2015, Stcrt. 2015, 47716 (uitgifte: 30-12-2015, regelingnummer: DB/2015/465M)
- Inwerkingtreding
01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-12-2015, Stcrt. 2015, 47716 (uitgifte: 30-12-2015, regelingnummer: DB/2015/465M)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Loon
Een inhoudingsplichtige kan met betrekking tot vergoedingen en verstrekkingen ter zake of in de vorm van een rentevoordeel als bedoeld in artikel 31, vierde lid, onderdeel h, van de wet tot het laatste loontijdvak van het kalenderjaar volstaan met het per loontijdvak in aanmerking nemen van een in redelijkheid geschat bedrag, gevolgd door afrekening in het laatste loontijdvak van het kalenderjaar. Daarbij wordt de verschuldigde belasting bepaald als ware het als gevolg van de afrekening in het laatste loontijdvak van het kalenderjaar in aanmerking te nemen bedrag verstrekt op het tijdstip waarop de afrekening plaatsvindt en over het tijdvak waarop de afrekening betrekking heeft. Ingeval de vergoedingen en verstrekkingen, bedoeld in de eerste volzin, zijn geëindigd in de loop van het kalenderjaar wordt in de eerste en tweede volzin voor het laatste loontijdvak van het kalenderjaar gelezen: het tijdvak waarin de vergoedingen en verstrekkingen, bedoeld in de eerste volzin, zijn geëindigd.