V-N 2019/50.9
Hof legt bewijslast over uiteindelijke gerechtigdheid ten onrechte bij Japans pensioenfonds
HR 18-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1610, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 oktober 2019
- Magistraten
Koopman, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
18/03614
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS91205:1
- Vakgebied(en)
Dividendbelasting / Algemeen
Dividendbelasting / Heffingswijze
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑10‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1610, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑10‑2019
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de bewijslast over de uiteindelijke gerechtigdheid bij de inspecteur ligt. In eerste instantie rust de bewijslast op de verzoeker om aannemelijk te maken dat hij de gerechtigde is. Vervolgens rust de bewijslast voor de uiteindelijke gerechtigdheid bij de inspecteur.
Samenvatting
X, een Japans pensioenfonds, is een associatie van 72 aangesloten pensioenfondsen en een zogenoemd ‘public interest corporation’. De deelnemers aan de pensioenregelingen die X uitvoert, zijn voormalig werknemers, ondernemers en zelfstandig beroepsbeoefenaren die niet in aanmerking komen voor deelname aan de pensioenregelingen voor werknemers. Deelname aan de pensioenregelingen van X is niet verplicht. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.