V-N 2018/38.9
Exploitant seksinrichting doet vergeefs beroep op gelijkheidsbeginsel
HR 06-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1109, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 juli 2018
- Magistraten
De Groot, Groeneveld, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
17/03139
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS929240:1
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Dienstbetrekking
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1109, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑07‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:374, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑04‑2018
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat er geen sprake is van schending van het gelijkheidsbeginsel. X bv heeft namelijk geen vaststellingsovereenkomst conform het landelijke beleidsmodel gesloten met de inspecteur en was ook niet voornemens om dat te doen.
Samenvatting
Belanghebbende, X bv, exploiteert een ‘kamerverhuurbedrijf’ en bezit de vereiste vergunningen voor het exploiteren van een seksinrichting. De in de onderneming van X bv werkzame sekswerkers beschikken daar niet over. Volgens de inspecteur is er sprake van een dienstbetrekking tussen X bv en de sekswerkers die bij haar een kamer huren en legt daarom een naheffingsaanslag loonheffingen 2008 op aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.