Sancties 2020/31
De coronacrisis in het gevangeniswezen
A.J. de Korte, datum 10-06-2020
- Datum
10-06-2020
- Auteur
A.J. de Korte1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS200655:1
- Vakgebied(en)
Corona (V)
Penitentiair recht (V)
Strafprocesrecht / Voorfase
Penitentiair recht / Algemeen
Penitentiair recht / Rechtspositie gedetineerde
Voetnoten
Voetnoten
Mr. A. (Arend) J. de Korte is vestigingsdirecteur van de PI Grave en voorzitter van de VDPI (vereniging van gevangenisdirecteuren).
Brief van de Minister voor rechtsbescherming van 13 maart 2020, Kamerstukken II 2019/20, 24587, 763.
Artikel 37 Pbw; geprivilegieerde contacten. Met name advocatenbezoek en reclassering vinden doorgang.
Artikel 8 EVRM recht op family life jo artikel 38 Pbw; bezoekrecht.
Zie bijvoorbeeld deze uitspraak van de Rb Noord-Holland: deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBNHO:2020:2101. Angst voor besmetting wordt overigens niet als voldoende grond voor schorsing aangemerkt, getuige deze twee uitspraken van het Hof Amsterdam: ECLI:NL:GHAMS:2020:1020 en ECLI:NL:GHAMS:2020:1019.
Gedetineerden in een ZBBI worden gedurende de coronacrisis ook wel aan een enkelband gelegd zodat de detentie doorloopt.
Eenzelfde regeling geldt voor lichtingsbevelen en het horen door de politie.
Een groot deel van deze groep bestaat uit daklozen, mensen met een psychische stoornis en een beperkte hygiëne.
Ook voor het gevangeniswezen zal er een tijd zijn van ‘voor’ en ‘na’ de coronacrisis. Het verschrikkelijke coronavirus heeft grote gevolgen voor de samenleving en ook binnen de muren van een penitentiaire inrichting laten de gevolgen zich voelen. Vele zaken die voorheen onmogelijk leken zijn met de komst van het virus ineens wel mogelijk geworden. In deze bijdrage wil ik een inkijkje bieden in de nieuwe penitentiaire werkelijkheid.
Op 13 maart 2020 stuurde de Minister voor Rechtsbescherming een brief naar de Tweede Kamer waarin hij voor DJI een groot aantal maatregelen afkondigde met betrekking tot de aanpak van het coronavirus in justitiële inrichtingen.2 Deze maatregelen hebben grote gevolgen voor de gedetineerden en brengen een beperking met zich mee van de Penitentiaire Beginselenwet. Dat is gerechtvaardigd, vindt de minister: gezien het gesloten karakter van een justitiële inrichting kan het coronavirus grote gevolgen hebben voor personeel en justitiabelen. Hen beschermen staat voorop.
Artikel 38 Pbw regelt het bezoekrecht. Iedere gedetineerde heeft wekelijks recht op 1 uur bezoek. Volgens lid 2 van dit artikel kan de directeur het aantal bezoekers per gedetineerde beperken. De PI Grave ligt in Brabant en loopt daarmee in het kader van het coronavirus voor op de rest van Nederland. Voor de PI Grave gold vanaf 11 maart al een beperking op het bezoekrecht. Iedere gedetineerde mocht nog slechts 1 bezoeker per keer ontvangen. Hiermee kon er voldoende afstand binnen de bezoekzaal geregeld worden. Met de door de minister afgekondigde maatregelen is dat op 14 maart komen te vervallen en is het ontvangen van bezoek niet meer toegestaan, tenzij dit bezoek noodzakelijk is in het kader van de rechtsgang. Feitelijk betekent dit dat alleen de personen en instanties als genoemd in artikel 37 Pbw toegang hebben tot de gedetineerde.3 In de praktijk wordt hier ook weinig gebruik van gemaakt gedurende de coronacrisis. Advocaten maken meer gebruik van terugbelverzoeken. Gedetineerden hebben in grote meerderheid begrip voor deze maatregel. Een enkele advocaat probeert op grond van artikel 8 EVRM4 een bezoek voor zijn cliënt af te dwingen maar na een afwijzing van de directeur wordt hier verder niets meer van vernomen.
Compensatie voor het opschoten van bezoek wordt gevonden van het verzorgen van skypecontacten voor gedetineerden. Op een beveiligde IPad kunnen gedetineerden via Skype for business contact onderhouden met hun familie. Deze mogelijkheid zou niet ontstaan zijn als er geen coronacrisis was geweest. Misbruik van dit middel is namelijk moeilijk te voorkomen. Als het skypen succesvol blijkt te zijn zou het goed kunnen dat dit communicatiemiddel ook na de coronacrisis in gebruik blijft. Voorwaarde zal wel zijn dat de beveiliging opgeschroefd gaat worden, waardoor misbruik of voorgezet crimineel handelen voorkomen kan worden.
Een tweede maatregel die de minister heeft genomen is het opschorten van alle verloven voor gedetineerden. Hiermee wordt contact met de buitenwereld zo veel als mogelijk voorkomen. Dit kan tot schrijnende situaties leiden. Gedetineerden kunnen begrafenissen en geboortes niet meer bijwonen. In uitzonderlijke gevallen worden gedetineerden wel door de rechtbank geschorst.5 Het is dan niet de bedoeling dat deze gedetineerden tijdens de coronacrisis nog binnenkomen.
Schorsing van de detentie is een derde maatregel die in ieder geval zal gelden voor gedetineerden in de Zeer Beperkt Beveiligde Inrichtingen.6 Deze gedetineerden werken overwegend al in de vrije maatschappij. Na afloop van deze noodmaatregel wordt de detentie hervat. Er zijn weinig mensen te vinden die tegen deze maatregel zijn.
Een vierde maatregel is het zoveel als mogelijk beperken van bewegingen buiten de inrichting. Het vervoer van justitiabelen naar gerechten is nu beperkt tenzij de rechter anders beslist.7 Er wordt momenteel veel gebruik gemaakt van telehoren. Vele penitentiaire inrichtingen hebben een Telehoorruimte (een als rechtbank ingerichte zaal met een groot scherm waarop een directe verbinding met de rechtbank is). Voor de PI Grave geldt dat deze voorziening al vier jaar aanwezig is, maar nog door geen enkele rechtbank gebruikt was. Rechtbanken zijn hier autonoom in en tot voor kort was er absoluut geen animo voor. Na een rondleiding van een aantal rechters en het gerechtsbestuur van de Rechtbank Den Bosch was hier al verandering in gekomen. De komst van het coronavirus heeft hier nog een versnelling in aangebracht. Nu staan rechtbanken in de rij om hier gebruik van te maken. Het ligt in de lijn der verwachting dat telehoren ook na de coronacrisis een veelgebruikt middel zal blijven.
Tot slot heeft de minister besloten dat de instroom van gedetineerden beperkt moet worden. Zelfmelders worden voorlopig niet opgeroepen en personen met een vervangende hechtenis (van een geldboete of het niet ondergaan van een taakstraf) worden niet meer opgepakt. In de praktijk blijkt deze maatregel weerbarstig. Communicatie binnen de politie is in deze moeilijk. Dagelijks zien we nog vele arrestanten binnengebracht worden met een vervangende hechtenis van een paar dagen. Gelukkig is de instroom wel afgenomen. Besmettingsgevaar door deze groep is aanzienlijk.8 Hoe minder inkomsten des te kleiner is het gevaar dat iemand het virus de gevangenis binnen brengt.
Naast alle door de minister opgelegde maatregelen is de directeur van de penitentiaire inrichting verplicht alle andere maatregelen uit te voeren die het besmettingsgevaar binnen een PI aanzienlijk verkleinen. Richtlijnen van het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) zijn hierbij leidend. Veel van deze maatregelen zullen niet uitvoerbaar zijn binnen de kaders van de Pbw. Binnen de PI Grave is inmiddels een overleg opgestart met de gedetineerden. In normale omstandigheden communiceert de directie op grond van artikel 74 Pbw met de gedetineerdencommissie (GEDECO). Tijdens de coronacrisis is ervoor gekozen om minimaal twee keer per week om de tafel te gaan met alle reinigers van de afdeling. Een gedetineerde die dit vertrouwensbaantje heeft, heeft doorgaans veel invloed op de afdeling en komt door de hele inrichting. Hiermee wordt bereikt dat informatie-uitwisseling tussen gedetineerden en directie aanzienlijk wordt verbeterd. De stemming onder de gedetineerden is een goede thermometer voor de sfeer. Deze vorm van communicatie is nieuw en zal waarschijnlijk na de coronacrisis een vervolg krijgen. Het is een andere invulling van artikel 74 Pbw dan gebruikelijk.
Zoals gezegd heeft het coronavirus een grote impact op een penitentiaire inrichting. Dagelijks wordt bekeken hoeveel medewerkers er ziek zijn en of alle onderdelen van het dagprogramma doorgang kunnen vinden. Ook is ervoor gekozen (geheel volgens de richtlijnen) om activiteiten in kleinere groepen aan te bieden. Hierdoor is het recht op sport (ex artikel 48, tweede lid Pbw) ingekort tot 1 sportmoment van drie kwartier per week, het bibliotheekmoment (ex artikel 48, eerste lid Pbw) gehalveerd en wordt er momenteel nagedacht om het luchten en recreëren in kleinere groepen aan te bieden. Het is de bedoeling om het dagprogramma zo veel als mogelijk intact te laten om hiermee onrust te voorkomen. Het aantal belmomenten is fors uitgebreid en er wordt met de gedetineerden gesproken over alternatieve activiteiten op de afdeling om de ledigheid enigszins te beperken.
In vergelijking tot de situatie van voor de crisis is het aantal beklagzaken gedaald. In het algemeen heeft men begrip voor de maatregelen. Wellicht dat de coronacrisis eraan bijdraagt dat we de penitentiaire omgeving minder juridiseren en juist met elkaar een samenleving tussen de muren creëren waarbij veiligheid en humaniteit hand in hand gaan. Een situatie die juist de RSJ in haar rapport Spanning in detentie· aan de orde stelt!