BNB 2021/22
Bronstaatheffing op WAO-uitkering. Prejudiciële beslissing
HR 06-11-2020, ECLI:NL:HR:2020:1732, m.nt. P. Kavelaars
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 november 2020
- Magistraten
Mrs. Koopman, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
20/01393
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
P. Kavelaars
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS250090:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Internationaal belastingrecht / Heffingsbevoegdheid
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1732, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑11‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:694, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑07‑2020
- Wetingang
Art. 18 lid 2 Belastingverdrag Nederland-Portugal 1999
Essentie
Bronstaatheffing op WAO-uitkering. Prejudiciële beslissing
Samenvatting
Belanghebbende woont vanaf 1 april 2016 in Portugal. Zij heeft in het jaar 2016 uit Nederland onder andere een WAO-uitkering ontvangen. Per saldo is van het inkomen in de buitenlandse periode alleen de WAO-uitkering tot het belastbare inkomen uit werk en woning gerekend; belanghebbende heeft daar bezwaar tegen gemaakt. De WAO-uitkering is ook in de heffing van de Portugese inkomstenbelasting betrokken. Volgens de Inspecteur is Nederland op grond van art. 18 lid 2 Verdrag Nederland-Portugal heffingsbevoegd. De Rechtbank heeft prejudiciële vragen aan de Hoge Raad gesteld over de uitleg van deze verdragsbepaling. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.