RAV 2011/80
Overheidsaansprakelijkheid. In hoeverre is de Staat aansprakelijk voor (immateriële) schade uit hoofde van onrechtmatige daad door overschrijding van redelijke termijn in een vreemdelingenprocedure?
Hof 's-Gravenhage 19-04-2011, ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ4373
- Instantie
Hof 's-Gravenhage
- Datum
19 april 2011
- Magistraten
Mrs. S.A. Boele, G. Dulek-Schermers, E.M. Dousma-Valk
- Zaaknummer
200.052.064/01
- LJN
BQ4373
- JCDI
JCDI:ADS909425:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Vreemdelingenrecht / Vreemdelingenprocesrecht
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ4373, Uitspraak, Hof 's-Gravenhage, 19‑04‑2011
- Wetingang
BW art. 6:106; EVRM art. 6
Essentie
Overheidsaansprakelijkheid. Begroting van schade. Immateriële schade.
In hoeverre is de Staat aansprakelijk voor (immateriële) schade uit hoofde van onrechtmatige daad door overschrijding van redelijke termijn in een vreemdelingenprocedure?
Samenvatting
Een Turks gezin heeft diverse aanvragen voor een verblijfsvergunning gedaan. Deze worden afgewezen, waartegen het gezin bezwaar maakt en vervolgens tweemaal beroep instelt wegens het niet tijdig nemen van beslissingen op de bezwaarschriften. De rechtbank verklaart het beroep tweemaal gegrond. De bezwaarschriften worden vervolgens gegrond verklaard en de gevraagde verblijfsvergunningen zijn alsnog verleend.
Geïntimeerden hebben jegens de Staat aanspraak gemaakt op vergoeding van schade die door het gezin ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.