NJ 1964/312
Aanvang van de behandeling van het klaagschrift door de aanvankelijke kennisneming daarvan en de inleidende beschikking waarbij de oproeping van den klager wordt bevolen.
HR 25-02-1964, ECLI:NL:HR:1964:37, m.nt. Mr. A.L.M. van Berckel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 februari 1964
- Magistraten
Mrs. Feber, Westerouen van Meeteren, Kazemier, Eijssen, de Meijere
- Zaaknummer
[251964/NJ_1964-312]
- Conclusie
Mr. Moons
- Noot
Mr. A.L.M. van Berckel
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS140193:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1964:37, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑02‑1964
- Wetingang
(Sv art. 552a.)
Essentie
Aanvang van de behandeling van het klaagschrift door de aanvankelijke kennisneming daarvan en de inleidende beschikking waarbij de oproeping van den klager wordt bevolen.
Samenvatting
Geen wettelijke bepaling belet onder „behandeling in het voorschrift van den tweeden volzin van het derde lid van art. 552a Sv. ook te doen vallen de aanvankelijke kennisneming van het klaagschrift en de inl. beschikking waarbij de oproeping van den klager wordt bevolen, terwijl de wetgever bezwaarlijk kan worden geacht te hebben bedoeld, dat de bevoegdheid van de Rb. tot het geven van een beschikking op een bij haar ingediend bezwaarschrift, nadat zij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.