FED 2023/94
In een situatie waarin bezwaar van de belastingplichtige tegen een te hoge box 3-heffing gesplitst is in een massaal bezwaar en een individueel bezwaar, mag de feitenrechter die oordeelt over het individuele bezwaar de gevolgen van de collectieve uitspraak op bezwaar van 4 februari 2022 in zijn oordeel betrekken.
HR 20-05-2022, ECLI:NL:HR:2022:718, m.nt. dr. T.C. Gerverdinck
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 mei 2022
- Magistraten
Mrs. Koopman, Wortel, Beukers-van Dooren, Boerlage, Cools
- Zaaknummer
21/03587
- Noot
dr. T.C. Gerverdinck
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS712303:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Vermogensrendementsheffing (box 3)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:718, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑05‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑08‑2021
- Wetingang
Essentie
In een situatie waarin bezwaar van de belastingplichtige tegen een te hoge box 3-heffing gesplitst is in een massaal bezwaar en een individueel bezwaar, mag de feitenrechter die oordeelt over het individuele bezwaar de gevolgen van de collectieve uitspraak op bezwaar van 4 februari 2022 in zijn oordeel betrekken.
Samenvatting
Belanghebbende heeft in zijn aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor de jaren 2017-2018 box 3-inkomen opgenomen. Belanghebbende dient bezwaren in tegen de box 3-heffing. Deze bezwaren worden aangemerkt als massaal bezwaar. Voorts is eveneens sprake van een individueel bezwaar omdat belanghebbende meent dat sprake is van een voor hem individuele ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.