NJ 1953/75
Ontkentenis van gerechtelijke verrichtingen.
HR 18-04-1952, ECLI:NL:HR:1952:162
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 april 1952
- Magistraten
Mrs Donner, v. d. Meulen, Hijink, Smits, de Jong
- Zaaknummer
[18041952/NJ_1953-75]
- Conclusie
Mr. Eggens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS134779:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1952:162, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑04‑1952
- Wetingang
(Rv art. 263-272.)
Essentie
Ontkentenis van gerechtelijke verrichtingen.
Samenvatting
De toewijsbaarheid van een vordering tot ontk. v. ger. verr. is mede daarvan afhankelijk of de betrokken partij door de daarbij aangevochten verrichtingen daadwerkelijk is geschaad.
Daarom had het Hof, te dezen vaststellende dat in het geding in de hoofdzaak tot staving van de feiten, waarop de aangevochten ger. bekentenissen betrekking hebben, andere bewijsmiddelen aanwezig waren, tot taak, met het oog op de in het incident tot désaveu te geven beslissing, de waarde van deze bewijsmiddelen te onderzoeken ter beantwoording van de vraag of op grond van deze waardering kon worden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.