RAV 2012/102
Privaatrechtelijk overheidsoptreden. Is het tussen de Gemeente en pensioenfonds overeengekomen ketting- en verdelingsbeding nietig omdat het de Huisvestingswet op onaanvaardbare wijze doorkruist?
HR 21-09-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW6730 (Rijnland/Götte/Cohabit)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 september 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, M.A. Loth
- Zaaknummer
11/01791
- Conclusie
A-G mr. L.A.D. Keus
- LJN
BW6730
- Roepnaam
Rijnland/Götte/Cohabit
- JCDI
JCDI:ADS912388:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Bestuursrecht algemeen / Overheid en privaatrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BW6730, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 21‑09‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW6730, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑09‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑04‑2011
- Wetingang
Essentie
Privaatrechtelijk overheidsoptreden. Privaatrechtelijke rechtshandeling.
Is het tussen de Gemeente en pensioenfonds overeengekomen ketting- en verdelingsbeding nietig omdat het de Huisvestingswet op onaanvaardbare wijze doorkruist?
Samenvatting
De Gemeente Lisse (‘de Gemeente’) verkoopt in 1985 bouwpercelen waarbij zij met de koper (het pensioenfonds BPF) een bouwplicht en een verdelingsbeding overeenkomt. Het verdelingsbeding (dat is opgenomen als kettingbeding) houdt in dat de te bouwen woningen zullen worden toegewezen aan door de Gemeente geselecteerde huurders. Via het kettingbeding wordt gewaarborgd dat eventuele opvolgende eigenaars aan dit verdelingsbeding zijn gebonden.
BPF realiseert vervolgens 20 woningen en 42 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.