Prg. 2019/40
Bij gebrek aan een andere voorziening, is de Hoge Raad ook cassatierechter in een procedure waarin de rechtmatigheid van zijn eigen arrest ter discussie staat.
HR 21-12-2018, ECLI:NL:HR:2018:2396
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 december 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, M.A. Fierstra, V. van den Brink, A.F.M.Q. Beukers-van Dooren, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
17/00424
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS177275:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Staatsrecht (V)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2396, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑12‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:54, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑01‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑01‑2017
- Wetingang
Essentie
Procesrecht. Is Hoge Raad geschikt als cassatierechter in zaak waarin aansprakelijkheid voor eigen arrest aan orde is, omdat hij verzuimd zou hebben prejudiciële vragen te stellen?
Ja. Wet kent geen andere cassatierechter en arrest is gewezen door leden van Hoge Raad die ten tijde van litigieuze arresten geen lid van civiele kamer waren.
Samenvatting
Acht verkeersvliegers hebben in een eerdere procedure tot aan de Hoge Raad in zijn arrest van 13 juli 2012 bot gevangen met hun vordering dat de cao voor KLM-vliegers door gedwongen ontslag met 56 jaar leeftijdsdiscriminatie in stand houdt. Hierna hebben zij in de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.