Einde inhoudsopgave
Mijnbouwwet
Artikel 47 [Zekerheidstelling voor verwijdering mijnbouwwerk]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2024
- Bronpublicatie:
17-04-2024, Stb. 2024, 95 (uitgifte: 18-04-2024, kamerstukken: 36441)
- Inwerkingtreding
01-05-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-04-2024, Stb. 2024, 114 (uitgifte: 30-04-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Energierecht (V)
1.
Onze Minister kan bepalen dat de houder van een vergunning als bedoeld in de artikelen 6 en 25, van een startvergunning aardwarmte of van een vervolgvergunning aardwarmte, binnen een door Onze Minister vast te stellen termijn zekerheid stelt aan de Staat der Nederlanden voor het verwijderen van een mijnbouwwerk.
2.
De zekerheid wordt gesteld vanaf een tijdstip, voor een bedrag, met een termijn en op een wijze die Onze Minister voldoende acht.
3.
Onze Minister kan een last onder dwangsom opleggen voor de handhaving van het eerste lid.
4.
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de houder van een ontheffing als bedoeld in artikel 44b, eerste lid.