JAR 2012/75
Rechtskeuze (Internationaal privaatrecht). Hoe moet op grond van art. 6 EVO worden vastgesteld welk recht op een arbeidsovereenkomst van toepassing is?
HvJ EU 15-12-2011, ECLI:EU:C:2011:842 (Voogsgeerd/Navimer SA)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
15 december 2011
- Magistraten
J.-C. Bonichot, L. Bay Larsen, C. Toader
- Zaaknummer
C-384/10
- LJN
BU9282
- Roepnaam
Voogsgeerd/Navimer SA
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Europees verbintenissenrecht
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2011:842, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 15‑12‑2011
- Wetingang
EVO-Verdrag art. 6 lid 2 onder a en b
Essentie
Werknemer heeft een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd gesloten met Navimer, een in Luxemburg gevestigde onderneming. De arbeidsovereenkomst is ondertekend in Antwerpen op het kantoor van de Belgische vennootschap Naviglobe. Partijen hebben het Luxemburgse recht als toepasselijk recht gekozen. Werknemer werkt als eerste machinist aan boord van zeeschepen, toebehorend aan Navimer, varend op de Noordzee. De zeeschepen varen onder Luxemburgse vlag. De inscheping vindt in Antwerpen plaats, in welke plaats werknemer voor elke opdracht ook zijn instructies ontvangt. Nadat Navimer werknemer heeft ontslagen, vordert die een ontslagvergoeding op grond van dwingende bepalingen overeenkomstig Belgisch recht. In hoger beroep oordeelt het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.