V-N 2019/54.26
Tweede cassatieronde in tipgeverszaak: bewijsmateriaal tipgever niet van gebruik uitgesloten
HR 08-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1715, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 november 2019
- Magistraten
De Groot, Overgaauw, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
18/01347
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS111279:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Fiscaal procesrecht / Procesorde
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1715, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:295, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 25‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑07‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑05‑2017
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de belastingrechter zelfstandig moet oordelen over de bruikbaarheid van het bewijsmateriaal en dat daarvoor niet leidend is wat in een eventuele strafzaak zou worden geoordeeld.
Samenvatting
Aan X zijn diverse (navorderings)aanslagen IB/PVV opgelegd. Hof Arnhem-Leeuwarden vernietigt deze aanslagen, omdat de inspecteur naar het oordeel van het hof op onrechtmatige wijze heeft geweigerd de naam van de tipgever bekend te maken. De Hoge Raad oordeelt dat het niet bekend maken van de naam van de tipgever onvoldoende aanleiding is om de aanslagen in deze zaak te vernietigen, en verwijst de zaak naar Hof ’s-Hertogenbosch. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.