Rb. Amsterdam (vzr.), 26-08-2010, nr. 457047 / KG RK 10-1605
ECLI:NL:RBAMS:2010:BR4036
- Instantie
Rechtbank Amsterdam (Voorzieningenrechter)
- Datum
26-08-2010
- Zaaknummer
457047 / KG RK 10-1605
- LJN
BR4036
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBAMS:2010:BR4036, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam (Voorzieningenrechter), 26‑08‑2010; (Kort geding)
- Vindplaatsen
TVA 2012/15 met annotatie van Redactie
Uitspraak 26‑08‑2010
Inhoudsindicatie
Tussenbeschikking, inhoudende opschorting verzoek tot ten uitvoerlegging Italiaans arbitraal vonnis ogv Verdrag van New York (artikelen V, VI), hangende voorwaardelijke schorsing van de procedure in Rome.
beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector civiel recht, voorzieningenrechter
zaaknummer / rekestnummer: 457047 / KG RK 10-1605
Beschikking van 26 augustus 2010
in de zaak van
1. de rechtspersoon naar Italiaans recht
NAONIS COSTRUZIONI S.R.L.,
gevestigd te Caserta (Italië),
2. de rechtspersoon naar Italiaans recht,
CIMOLAI S.P.A.,
gevestigd te Pordenone (Italië),
verzoeksters,
advocaat mr. E.J.R. Verwey te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KRAKOM ADVIES BV,
gevestigd te Amsterdam,
verweerster,
advocaat mr. F.J. Schoute te Amsterdam.
Verzoekers zullen hierna gezamenlijk Naonis c.s. worden genoemd en afzonderlijk Naonis respectievelijk Cimolai. Verweerster zal hierna Krakom worden genoemd.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift, met producties, ingekomen ter griffie op 16 april 2010;
- de beschikking van 29 april 2010, waarbij een mondelinge behandeling van het verzoekschrift is gelast;
- het verweerschrift tegen verzoek tot het verkrijgen van verlof tot tenuitvoerlegging van een buitenlands arbitraal vonnis ex artikel 1075 Rv, tevens (voorwaardelijk) verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging, met producties, ingekomen ter griffie op 23 juni 2010;
- de brief met bijlagen van mr. F.J. Schoute van 25 juni 2010,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van het verzoekschrift gehouden op 29 juni 2010, met de daarin vermelde processtukken waaronder het aanvullende verzoekschrift tot het stellen van zekerheid, tevens (voorwaardelijk) verweer tegen het verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging;
- de brief met bijlage van mr. F.J. Schoute, ingekomen ter griffie op 14 juli 2010;
- de faxbrief van mr. E.J.R. Verwey, ingekomen ter griffie op 16 augustus 2010.
2. De feiten
2.1. Op 11 mei 1987 is tussen de vennootschap naar Italiaans recht Naos S.p.A. (hierna: Naos) enerzijds en Naonis c.s. anderzijds een aanbestedingsovereenkomst (hierna: de overeenkomst) tot stand gekomen. In deze overeenkomst is de uitvoering van meerdere bouwwerkzaamheden overeengekomen.
2.2. Artikel 28 van de overeenkomst bevat een arbitrageclausule die voorziet in formele arbitrage in geval van eventuele geschillen tussen partijen, voortkomend uit het contract, en aanwijzingen geeft voor het samenstellen van de arbitragecommissie.
2.3. Naos en Naonis c.s. hebben, naar aanleiding van een geschil over de uitvoering van de overeenkomst, een arbitrageprocedure in Rome (Italië) gevoerd. Deze procedure heeft geresulteerd in een arbitraal vonnis (hierna: het arbitrale vonnis) van 21 april 2009. Dit vonnis behelst onder meer een veroordeling van Naos tot betaling aan Naonis c.s. van een totaalbedrag van EUR 9.616.822,24 inclusief herwaarderingen en rentes, te vermeerderen met de wettelijke rentes tot de dag van volledige betaling. Aan het arbitrale vonnis is een voor tenuitvoerlegging vatbare titel verleend door de rechtbank in Rome op 1 december 2009.
2.4. Op 30 juli 2009 zijn Naos, als verdwijnende vennootschap, en Krakom, als verkrijgende vennootschap, grensoverschrijdend gefuseerd.
2.5. Naonis c.s. heeft op 8 januari 2010 het arbitraal vonnis betekend aan Krakom.
2.6. Op 8 april 2010 heeft Krakom bij het Hof van Beroep van Rome een procedure ingesteld waarin zij de vernietiging van het arbitraal vonnis heeft verzocht (hierna: de vernietigingsprocedure). In deze zaak is op 22 september 2010 een eerste comparitie van partijen gepland.
2.7. Op 20 april 2010 heeft Krakom een verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis ingediend bij (de President van) het Hof van Beroep van Rome (hierna: het schorsingsverzoek). Bij uitspraak van 24 juni 2010 heeft voornoemd Hof de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis geschorst, op voorwaarde dat Krakom vóór 25 september 2010 een passende zekerheid stelt ten bedrage van EUR 11.000.000,00 middels een door een erkende bankinstelling ten gunste van Naonis c.s. af te geven en op eerste verzoek uit te betalen garantie. De volgende zittingsdatum in deze procedure is gepland op 28 september 2010.
3. Het verzoek van Naonis c.s.
3.1. Naonis c.s. verzoekt de voorzieningenrechter – na aanvulling van haar verzoekschrift en enigszins verkort weergegeven – bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad, verlof te verlenen om het arbitrale vonnis van 21 april 2009 te erkennen en ten laste van Krakom in Nederland ten uitvoer te leggen, met veroordeling van Krakom in de kosten van de procedure. Naonis c.s. verzoekt voorts voorwaardelijk, voor het geval de voorzieningenrechter het verlenen van een exequatur opschort, Krakom te bevelen om ten behoeve van Naonis c.s. door middel van een bankgarantie, afgegeven door een eersteklas Nederlandse bank, voldoende zekerheid te stellen.
3.2. Naonis c.s. grondt haar verzoek op artikel 1075 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en voert hiertoe het volgende aan. Op het arbitraal vonnis is The Convention on the Recognition and Enforcement of Foreign Arbitral Awards (Verdrag van New York 1958; hierna: het Verdrag) van toepassing aangezien het is gewezen op het grondgebied van een verdragstaat, te weten Italië. Naonis c.s. voert aan dat tussen partijen een geldige arbitrageovereenkomst tot stand is gekomen, de samenstelling van het scheidsgerecht correct tot stand is gekomen en het scheidsgerecht zich aan de gegeven opdracht heeft gehouden. Aldus is aan alle formaliteiten zoals opgenomen in het Verdrag voldaan. Het verzoek Krakom te bevelen passende zekerheid te stellen tot zekerheid van de nakoming van haar verplichtingen uit het arbitraal vonnis grondt Naonis c.s. op artikel VI van het Verdrag.
3.3. Krakom voert verweer. Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover van belang, nader worden ingegaan.
4. Het verweer en het (voorwaardelijke) zelfstandige verzoek van Krakom
4.1. Krakom is van oordeel dat het verzoek van Naonis c.s. dient te worden afgewezen en voert hiertoe aan dat sprake is van de in artikel V lid 1 sub e van het Verdrag genoemde weigeringsgrond. Dit artikellid van het Verdrag luidt in de (authentieke) Engelse tekst:
“1. Recognition and enforcement of the award may be refused, at the request of the party against whom it is invoked, only if that party furnishes to the competent authority where the recognition and enforcement is sought, proof that:
[…]
(e) The award has not yet become binding on the parties, or has been set aside or suspended by a competent authority of the country in which, or under the law of which, that award was made.”
Voorts verwijst Krakom in dit kader naar het bepaalde in artikel VI van het Verdrag, welk artikel in de (authentieke) Engelse tekst luidt:
“If an application for the setting aside or suspension of the award has been made to a competent authority referred to in article V (1 (e), the authority before which the award is sought to be relied upon may, if it considers it proper, adjourn the decision on the enforcement of the award and may also, on the application of the party claiming enforcement of the award, order the other party tot give suitable security.”
Krakom voert aan tijdig een vernietigingsprocedure alsmede een schorsingsprocedure te hebben ingesteld bij het Hof van Beroep te Rome (Corte d’Appello di Roma). Ditzelfde Hof heeft bij uitspraak van 24 juni 2010 de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis geschorst op voorwaarde dat Krakom vóór 25 september 2010 passende zekerheid stelt. Volgens Krakom kan deze schorsing of een eventueel door het Hof van Beroep in Rome uit te spreken vernietiging van het arbitraal vonnis enkel onder uitzonderlijke omstandigheden in Nederland niet dezelfde status hebben als in Italië.
4.2. Voor het geval het verzoek van Naonis c.s. wordt toegewezen, heeft Krakom subsidiair een zelfstandig verzoek ingediend. Krakom verzoekt de voorzieningenrechter alsdan, bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad, de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis te schorsen dan wel op te schorten, met veroordeling van Naonis c.s. in de kosten van deze procedure. Dit zelfstandig verzoek grondt Krakom op artikel 1076 lid 7 juncto artikel 1066 lid 2 Rv waarin is bepaald dat de rechter die omtrent de vernietiging oordeelt, indien daartoe gronden zijn, op verzoek van de meest gerede partij de tenuitvoerlegging van een arbitraal vonnis kan schorsen totdat over een vordering tot vernietiging onherroepelijk is beslist.
4.3. Meer subsidiair verzoekt Krakom, voor het geval de rechtbank het verzoek van Naonis c.s. toewijst, aan het verlof tot tenuitvoerlegging een genoegzame zekerheidsstelling te verbinden ter afdekking van het restitutierisico.
4.4. Naonis c.s. voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
5. De beoordeling
5.1. In de onderhavige procedure is de vraag aan de orde of het tussen Naonis c.s. enerzijds en Naos anderzijds gewezen arbitrale vonnis van 21 april 2009 kan worden erkend en verlof tot tenuitvoerlegging kan worden verleend. Hierbij staat vast dat Krakom als gevolg van de in 2.4 genoemde fusie rechtsopvolger onder algemene titel is van Naos.
5.2. Op het verzoek van Naonis c.s. is, onbetwist, het Verdrag van toepassing. Naonis c.s verzoekt op grond van voornoemd verdrag erkenning van het arbitrale vonnis in Nederland alsmede verlof tot tenuitvoerlegging daarvan.
5.3. Vaststaat dat het Hof van Beroep te Rome bij uitspraak van 24 juni 2010 de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis heeft geschorst onder de voorwaarde dat Krakom vóór 25 september 2010 passende zekerheid stelt middels een ten gunste van Naonis c.s. af te geven bankgarantie ten bedrage van EUR 11.000.000,00. Hierbij heeft het Hof van Beroep in aanmerking genomen de kwesties die zijn opgeworpen in de vernietigingsprocedure tegen het arbitrale vonnis en de hoogte van het bedrag waarop het arbitrale vonnis betrekking heeft enerzijds alsmede de te beschermen rechten van Naonis c.s. die het risico lopen geen voldoening van hun vordering te verkrijgen anderzijds.
5.4. De voorzieningenrechter zal, gelet op voornoemd vonnis van het Hof van Beroep te Rome en de thans aanhangige vernietigingsprocedure bij datzelfde Hof, de beslissing over de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis opschorten tot 12 oktober 2010. De voorzieningenrechter motiveert haar oordeel als volgt.
5.5. Naar het oordeel van de rechtbank is de door Krakom gevraagde opschorting niet, zoals door Naonis c.s. is bepleit, in strijd met het bepaalde in artikel III van het Verdrag. De thans gevraagde opschorting is van relatief korte duur, mede ook gelet op het feit dat partijen reeds lange tijd in procedures verwikkeld zijn. Het uitstel van de beslissing over de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis is derhalve van zeer geringe betekenis. Aldus kan niet worden gezegd dat een snelle werking wordt belemmerd. De door Naonis c.s. geuite vrees dat deze termijn steeds weer zal worden verschoven, is thans naar het oordeel van de rechtbank te voorbarig.
5.6. Voorts is de rechtbank van oordeel dat de gevraagde opschorting aansluit bij de beginselen van fair trial en proceseconomie. De in Italië uitgesproken schorsing van de tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis heeft in Nederland enkel onder uitzonderlijke omstandigheden niet dezelfde status als in Italië. Dit volgt uit het systeem van het Verdrag. Niet is gebleken of gesteld dat in Italië algemeen aanvaarde beginselen van een goede procesorde zijn geschonden noch dat er andere uitzonderlijke omstandigheden zijn.
5.7. Het betoog van Naonis c.s. dat de nationale overheidsrechter zich terughoudend dient op te stellen bij het beoordelen van arbitrale vonnissen, waarbij zij verwijst naar het arrest van de Hoge Raad van 25 juni 2010, LJN: BM1679 (Yukos), noopt niet tot een ander oordeel. In deze fase van de verzoekschriftprocedure wordt het arbitrale vonnis immers niet inhoudelijk beoordeeld, maar wordt enkel de beslissing op het verzoek van Naonis c.s. aangehouden.
5.8. Het verzoek van Naonis c.s. om Krakom te bevelen passende zekerheid te stellen zal in dit stadium worden afgewezen. De procedure zal voor een relatief korte termijn worden aangehouden. Bovendien heeft Naonis c.s. de door Krakom tijdens de mondelinge behandeling naar voren gebrachte mogelijkheid om conservatoire maatregelen te nemen onweersproken gelaten. Tot slot heeft het Hof van Beroep te Rome reeds bepaald dat Krakom passende zekerheid dient te stellen en is een doublure onwenselijk.
5.9. De rechtbank zal de procedure derhalve aanhouden tot 12 oktober 2010. Uiterlijk op die datum dienen beide partijen de rechtbank te informeren over de vraag of de door Hof van Beroep te Rome in de uitspraak van 24 juni 2010 gestelde voorwaarde, te weten zekerheidsstelling door Krakom middels een bankgarantie, voor de schorsing is vervuld alsmede over het verhandelde op de door het Hof van Beroep geplande zitting op 28 september 2010.
6. De beslissing
De rechtbank
- bepaalt dat de zaak zal worden aangehouden tot donderdag 12 oktober 2010 teneinde partijen in de gelegenheid te stellen de rechtbank te informeren omtrent hetgeen in 5.9 is opgenomen,
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.J. van Eekeren en in het openbaar uitgesproken op 26 augustus 2010.?