JWB 2002/229
Echtscheiding, alimentatie, samenlevingsverweer, bewijsaanbod, -verdeling
HR 14-06-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE0739
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
14 juni 2002
- Zaaknummer
C00/342HR
- LJN
AE0739
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Rechter
Personen- en familierecht / Alimentatie
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AE0739, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑06‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AE0739, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑06‑2002
- Wetingang
Art. 81 RO; art. 1:160 BW; art. 177 Rv (oud)
Essentie
Echtscheiding, alimentatie, samenlevingsverweer, bewijsaanbod, -verdeling
Samenvatting
Casus
Partijen zijn op 10 mei 1965 getrouwd. Op 7 juni 1994 is bij vonnis van de Rechtbank de echtscheiding uitgesproken en de beslissing omtrent een alimentatie voor de vrouw aangehouden. Het echtscheidingsvonnis is op 9 augustus 1994 ingeschreven. De Rechtbank heeft de man op 28 februari 1995 toegelaten tot het bewijs dat de vrouw samenleeft met betrokkene als waren zij gehuwd. Zowel de man als de vrouw hebben in 1995 enige getuigen laten horen. Op 11 maart 1997 heeft de Rechtbank beslist dat de man niet heeft kunnen aantonen dat de vrouw ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.