NJ 2019/216
Niet-ontvankelijkverklaring belanghebbende tegen beschikking ex art. 552a Sv.
HR 30-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:2004, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
16/05626 B
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
J.M. Reijntjes
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS55447:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2004, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:935, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑07‑2018
- Wetingang
Essentie
Niet-ontvankelijkverklaring belanghebbende tegen beschikking ex art. 552a Sv.
Samenvatting
Tegen de beschikking waarbij het klaagschrift van de klager strekkende tot teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen deels gegrond en deels ongegrond is verklaard, staat voor de belanghebbende geen cassatieberoep open.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, van 26 oktober 2016, nummer RK 16/578, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door: [klager], adv.: mr. C.P. Wesselink-van Dijk, te 's-Gravenhage.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Beoordeling ontvankelijkheid beroep, zie 2; ( ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.