Rb. Haarlem, 17-06-2010, nr. 169595 - KG ZA 10-251
ECLI:NL:RBHAA:2010:BM8466
- Instantie
Rechtbank Haarlem
- Datum
17-06-2010
- Zaaknummer
169595 - KG ZA 10-251
- LJN
BM8466
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBHAA:2010:BM8466, Uitspraak, Rechtbank Haarlem, 17‑06‑2010; (Kort geding)
Uitspraak 17‑06‑2010
Inhoudsindicatie
Vordering in kort geding tot onder meer "spreekverbod". De ten behoeve van derden gevorderde voorziening kan niet worden toegewezen, nu die derden geen partij zijn in dit geding. Voor zover de gevraagde voorziening ziet op hetgeen gedaagde ten opzichte van eiseres niet zou mogen doen, is volstrekt onduidelijk gebleven welke feiten het gevraagde "spreekverbod" zouden kunnen rechtvaardigen. De voorzieningenrechter draagt de griffier op een kopie van de uitspraak aan de Deken van de Orde van advocaten te doen en aan de Raad voor de rechtsbijstand te doen toekomen, teneinde hen te informeren hoe in deze zaak van de kant van eiseres met door de overheid gefinancierde rechtshulp is geprocedeerd.
Partij(en)
proces-verbaal
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 169595 / KG ZA 10-251
Proces-verbaal van de zitting, gehouden op 17 juni 2010, houdende mondeling vonnis
in de zaak van
[Eiseres],
wonende te Haarlem,
eiseres,
advocaat mr. H.B.Chr. Stratman,
tegen
[Gedaagde],
wonende te Haarlem,
gedaagde,
advocaat mr. A.M. Wolf.
Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] genoemd worden.
De zitting wordt gehouden in het gebouw van deze rechtbank ter behandeling van een vordering in kort geding.
Tegenwoordig zijn mr. A.J. van der Meer, voorzieningenrechter, en mr. J.J. Blaisse, griffier.
Na uitroeping van de zaak verschijnen
- [eiseres], bijgestaan door mr. Stratman voornoemd;
- [gedaagde], bijgestaan door mr. Wolf voornoemd.
1. De voorzieningenrechter stelt - na hoor en wederhoor hieromtrent - vast dat zonder voorafgaande kennisgeving of sommatie (derhalve rauwelijks) aan [gedaagde] de navolgende dagvaarding is uitgebracht.
“Toevoeging aangevraagd.
L10.03048
Heden, de eenentwintigste mei TWEEDUIZENDTIEN, op verzoek van
[eiseres], wonende te Haarlem, aan de […], ten
deze woonplaats kiezende ten kantore van mr. H.B.Chr. Stratman, aan de Verspronckweg 1
te Haarlem (Postbus 498, 2000 AL), die als haar gemachtigde voor haar zal optreden met recht
van substitutie, alsmede ter civiele griffie van de Rechtbank te Haarlem, sector civiel, in het
gerechtsgebouw aan de Jansstraat 81;
Krachtens mondelinge last van de Voorzieningenrechter van de rechtbank Haarlem, sector
ceviel, locatie Haarlem:
Heb ik,
Matthijs de Koning, toegevoegd kandidaat
gerechtsdeurwaarder op het kantoor van
Oscar Johannes Boeder, gerechtsdeur-
waarder met vestiging te Haarlem aan
de Zijlweg 69,
IN KORT GEDING GEDAGVAARD:
[gedaagde], wonende te Haarlem, aan de […] Haarlem,
aan dit adres mijn exploot doende en afschrift dezes latende aan:
voormeld adres in gesloten envelop met daarop de ver-
meldingen als wettelijk voorgeschreven, omdat ik aldaar
niemand aantrof aan wie rechtsgeldig afschrift kon wor-
den gelaten.
OM:
Op donderdag. 17 juni TWEEDUIZENDTIEN, des-
Middags om ... 13.30… uur te verschijnen op de terechtzitting van de Voorzieningenrechter
van de rechtbank Haarlem, sector civiel,locatie Haarlem, alsdan in Kort Geding aldaar
gehouden wordende in het gerechtsgebouw aan de Jansstraat 81:
Met aanzegging dat indien de gedaagde op de bepaalde zittingsdatum noch in persoon,noch bij
gemachtigde verschijnt, de Voorzieningenrechter tegen haar verstek zal verlenen en de eis toewijzen,
tenzij de voor de dagvaarding voorgeschreven formaliteiten niet in acht zijn genomen en/of de eis
hem onrechtmatig of ongegrond voorkomt.
Met aanzegging dat gedaagde voorafgaand aan de mondelinge behandeling ter zitting een
schriftelijke reactie ter griffie van de Voorzieningenrechte kan laten bezorgen. maar dat haar
dit niet ontslaat van de verplichting in persoon of bij een gemachtigde te verschijnen en dat
als zij niet aan die verplichting voldoet, ondanks de schriftelijke reactie de zaak hij verstek zal
worden afgedaan.
Met aanzegging dat indien de gedaagde van deze mogelijkheid tot indiening van een
schriftelijk antwoord gebruik wil maken, zij er zorg voor dient te dragen dat dit antwoord en
eventuele bijlagen tenminste drie dagen voor de in de dagvaarding vermelde zittingsdatum
zowel ter griffie van de Voorzieningenrechter als bij de wederpartij wordt bezorgd.
FEITEN:
- 1.
De problemen met [gedaagde] dateren vanaf maart 2009.ln maart 2009 vond een
gesprek plaats bij mevrouw [eiseres] thuis en [gedaagde]. Tijdens dat
gesprek kwamen alle verhalen/roddels naar voren die [gedaagde] tot dan aan iedereen vertelde, t.w.:
- a)
dat [de zus van eiseres] haar kinderen alleen liet:
- b)
spullen die [de zus van eiseres] kocht;
- c)
weekends weg met collega’s;
- d)
een verhouding van [de zus van eiseres] met een zekere [A];
- e)
[de zus van eiseres] zou de hoer spelen;
- f)
[gedaagde] geen contact had met de ex-man van [de zus van eiseres], [B];
- g)
vrienden van [de zus van eiseres] waar [gedaagde] ineens contact mee onderhield, terwijl
dat voorheen niet het geval was.
Zolang als [gedaagde] in de straat woont kon deze en de ex-man van [de zus van eiseres]
elkaars bloed wel drinken. Deze ex-man heeft de woning half februari 2009 verlaten en
sindsdien bestaat er volop contact met de voormalige rivalen [gedaagde] en [B].
Hoewel tijdens voornoemd gesprek werd besproken dat dit roddelen moest stoppen en ieder
zijn eigen leven moest gaan leiden en elkaar met rust moesten laten, bleef [gedaagde] op
de eerder door haar ingeslagen weg doorgaan. Maar nu begon zij overal te roddelen, zoals bij de
supermarkt, de nagelstudio, de kapper en op school van de kinderen, overal werd en wordt gesproken
over [de zus van eiseres], hetgeen van kwaad tot erger ging. Zo vertelde [gedaagde] op school van de gezamenlijke kinderen van partijen dat zij de zoon van [de zus van eiseres], [C] geheten, opvoedde en opving
omdat het anders helemaal mis zou gaan met hem!
- 2.
Mevrouw [de zus van eiseres] is half februari 2009 als gevolg van haar
scheiding alleen komen te staan met haar twee kinderen. Tot dat moment had zij een full
time baan. Beide kinderen waren nooit alleen, omdat zij dan werden opgevangen door Opa en Oma
[de ouders van eiseres] of [de man van eiseres] en [eiseres]. Zo kwam tot de vakantie in september 2009
een vriend [D] uit de […] regelmatig bij [de zus van eiseres] op bezoek. Sindsdien is dat niet meer het geval en wordt er gesproken als volgt: “ dat is de vader of moeder of zus van die hoer uit de […].” Zo wordt ook tegenover de kinderen gesproken, zelfs door de zoon ([E]) van [gedaagde]. De familie [van eiseres] is het nu helemaal zat!
- 3.
[de zus van eiseres] wordt al lastiggevallen vanaf maart 2009. Aanvankelijk telefonisch ,maar ook ‘snachts
kwamen vreemde mensen bij haar naar binnen gluren of bleven ze aan de overkant van haar huis om naar
binnen te kijken. Auto’s die even voor haar huis bleven stilstaan en dan weer verder reden.
- 4.
[de zus van eiseres] is eind augustus 2009 ontslagen. Eiseres heeft daarover gesprekken gehad met de voormalige werkgever van haar en de wijze van afhandelen. Er zou sprake zijn geweest van een anonieme tip hij de werkgever, doch deze wilde of kon daar verder geen mededelingen over doen Tijdens voornoemd gesprek op
24 oktober 009 heeft [gedaagde] erkend bij de toenmalige werkgever van [de zus van eiseres] te zijn geweest.
Aan [gedaagde] is toen nogmaals te kennen gegeven dat het nu moest stoppen met de bemoeienissen van
[de zus van eiseres], anders zou de familie haar wel eens aanpakken! Dat [gedaagde] bepaald niet te goeder
trouw is, blijkt wel uit het navolgende: nog geen half uur nadat zij was vertrokken bij de bewuste bespreking
in oktober 2009 had zij al telefonisch contact gehad met de buren van [eiseres], die bij haar echtgenoot op bezoek kwamen om te praten over hetgeen gebeurd was. Eiseres was inmiddels door haar man ook op de hoogte gesteld en naar huis gegaan. Die buren waren die avond naar de videotheek en hun twee kinderen waren thuis gebleven.( 10 en 14 jaar). Inde videotheek is de heer [F] gebeld door [gedaagde] met nb zijn eigen huistelefoon, nadat zij hun huis was binnengegaan en de kinderen opzij had geduwd, nadat zij verteld hadden dat hun ouders er niet waren. Tijdens dat telefoongesprek had [gedaagde] aan dhr. [F] medegedeeld dat zij ruzie had gehad met [de man van eiseres], hetgeen dus een grove leugen is, omdat deze helemaal niet bij dat gesprek aanwezig is geweest. Bij de huisvredebreuk had [gedaagde] haar zoontje [E] bij zich. En dhr. [F] had haar te kennen gegeven dat zij zijn woning diende te verlaten! Na thuiskomst is de familie [F] direct doorgelopen naar de familie [van eiseres], waar [de man van eiseres] samen met zoon en dochter en een neetje TV zat te kijken.
- 4.
Vervolgens werd de politie gebeld, doch zoals reeds vaker was opgevallen, toonde de politie geen enkele belangstelling om een PV op te maken van de aangifte. Wel wordt [gedaagde] steeds in bescherming genomen, zonder daarvoor een aannemelijke reden op te geven. Op 26/10-2009 zijn twee wijkagenten langs geweest bij [eiseres] aan wie zij alles verteld heeft wat op 24/10 gebeurd was en wat daaraan vooraf ging. Volgens de politie had [gedaagde] een geestelijke stoornis. De politie heeft vervolgens ook een gesprek gehad met [de zus van eiseres]. E.e.a. leidde er tenslotte toe dat de politie [gedaagde] hebben aangemeld bij het zorgteam en nog wat instanties. Hoewel zowel [gedaagde] als [de zus van eiseres] een spreekverbod kregen opgelegd, bleef het rond [gedaagde] onrustig en begon ze nu met verhalen rond de kinderen van [de zus van eiseres] rond te bazuinen. Zo vertelde [gedaagde] tegen de kinderen dat ze een kankermoeder hadden en dat ze haar wel kapot zou maken. [de zus van eiseres] heeft overigens in juli 2009 een zware buikoperatie ondergaan i.v.m. een beginstadium van baarmoederhalskanker,doch [gedaagde] verteld rond dat er sprake was van kunstmatige inseminatie en dat er geen sprake was geweest van kanker.
- 5.
In december 2009 heeft [de zus van eiseres] een aanvraag ABW bij de Gemeente ingediend omdat zij geen inkomen meer had. Nadat zij klaar was met het afleggen van haar verklaring kreeg zij tot haar verbazing te horen dat haar verrader niet sliep en werd gezegd of het niet verstandiger was af te zien van een uitkering. Dit bleek verband te houden met de regelmatige komst van haar vriend [G] die wel eens wat langer bleef om haar te beschermen,hetgeen ook bij de politie bekend was. Dus vanwaar deze ophef?
- 6.
Op 25 maart 2010 arrangeert de wijkpolitie een gesprek met betrokken partijen op het bureau. Dit verloopt
redelijk ordelijk,doch zonder veel resultaat, daar [gedaagde] haar praktijken nu voortzet middels haar kinderen en het roddelen dus via- via gewoon doorgaat, hetzij op het schoolplein, hetzij op de skatebaan e.d. De familie [van eiseres] acht het nu welletjes en eist een spreekverbod voor [gedaagde] m.b.t [de zus van eiseres] en haar familie, nu deze onterecht op allerlei wijzen in diskrediet wordt gebracht en op het geestelijk vlak schade oploopt als gevolg van de voortdurende roddels en leugens die [gedaagde] maar rondbazuint! Er is sprake van een spoedeisend belang nu de handelswijze van [gedaagde] reeds langer dan een jaar duurt.
EIS:
Het U.E.A. Heer/Vrouwe Voorzieningenrechter behage, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
op voormelde gronden:
- I.
Gedaagde te veroordelen tot een spreek- en contact verbod met [de zus van eiseres] wonende aan
de […] Haarlem en een spreekverbod met de overige familieleden,
t.w.: [eiseres], [de vader van [de zus van eiseres]],[de moeder van [de zus van eiseres]] , zowel rechtstreeks als via haar kinderen of via derden, e.e.a. op straffe van een dwangsom van euro 5.000,= per overtreding, met een maximum van euro 25.000,=., dus ook terzake van roddel en achterklap m.b.t. deze personen.
- II.
Gedaagde te veroordelen in de kosten van deze procedure, w.o. de kosten van de gemachtigde.
De kosten dezes zijn voor mij deurwaarder, …73,89 euro ……(in debet) excl. btw
Verschotten 7.00 euro
Totaal 80.89 euro
(t .k) gerechtsdeurwaarder”
2. Op verzoek van [gedaagde] en instemming van [eiseres] vindt de behandeling ter zitting met gesloten deuren plaats. Partijen brengen hun standpunten naar voren. [gedaagde] bedient zich daarbij van pleitnotities en concludeert tot niet-ontvankelijk verklaring van [eiseres], althans tot afwijzing van haar vorderingen.
[eiseres], die geen gebruik heeft gemaakt van pleitnotities, vermindert bij repliek haar eis, in die zin dat zij haar vordering in tijdsduur beperkt tot een periode van één jaar.
3. Nadat partijen in tweede termijn in hun standpunten hadden volhard, schorst de voorzieningenrechter de zitting voor korte tijd. Na hervatting van de zitting, wijst de voorzieningenrechter mondeling het navolgende vonnis.
4. Voor zover de gevraagde voorziening betrekking heeft op hetgeen [gedaagde] ten opzichte van anderen dan [eiseres] zou moeten worden verboden, dient deze reeds op de grond dat die anderen geen partij zijn in deze procedure, te worden afgewezen.
Voor zover de gevraagde voorziening ziet op hetgeen [gedaagde] ten opzichte van [eiseres] niet zou mogen doen, is volstrekt onduidelijk gebleven welke feiten toewijzing van het gevraagde “spreekverbod” - wat daar ook precies onder verstaan moge worden - zouden kunnen rechtvaardigen. De door de advocaat van [eiseres] - desgevraagd - ter zitting gestelde rechtsgrond van de gevraagde voorziening, te weten onrechtmatige daad, is ook ter zitting op geen enkele wijze onderbouwd. Op vragen daaromtrent van de voorzieningenrechter heeft de advocaat van [eiseres] geen duidelijk antwoord kunnen geven; enig bewijsstuk is van de kant van [eiseres] niet in het geding gebracht.
5. Beslissing
5.1.
weigert de voorziening,
5.2.
veroordeelt [eiseres] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op € 263, - aan verschotten en € 816,- aan salaris voor de advocaat,
5.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
6. De voorzieningenrechter laat partijen vervolgens weten dat hij de griffier zal opdragen een (geanonimiseerde) kopie van dit proces-verbaal aan de Deken van de Orde van advocaten te Haarlem en aan de Raad voor de rechtsbijstand te Amsterdam te doen toekomen teneinde hen te informeren over de wijze waarop in de onderhavige zaak, met -naar namens [eiseres] is verzocht - door de overheid gefinancierde rechtsbijstand, aan haar zijde is geprocedeerd.
Waarvan proces-verbaal,