Prg. 2005, 195:Het belang, dat een bij later testament uitgesloten erfgenaam heeft, om te bewijzen dat erflaatster ten tijde van het opstellen van het laatste testament niet meer compos mentis was, rechtvaardigt inbreuk op de geheimhoudingsplicht van huisarts en apotheker van erflaatster.

Prg. 2005, 195

Het belang, dat een bij later testament uitgesloten erfgenaam heeft, om te bewijzen dat erflaatster ten tijde van het opstellen van het laatste testament niet meer compos mentis was, rechtvaardigt inbreuk op de geheimhoudingsplicht van huisarts en apotheker van erflaatster.

Documentgegevens:

Rb. Arnhem 15-08-2005, ECLI:NL:RBARN:2005:AU4760

Instantie: Rechtbank Arnhem
Datum: 15 augustus 2005
Magistraten: Mr. I.D. Jacobs
Zaaknummer: 128531/KGZA05-392
LJN: AU4760
Vakgebied(en): Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Brondocumenten: ECLI:NL:RBARN:2005:AU4760, Uitspraak, Rechtbank Arnhem, 15‑08‑2005
Wetingang: BW art. 7:457; Wet beroepen in de individuele gezondheidszorg art. 88

Essentie

Overeenkomstenrecht. Heeft bij laatste testament van erflaatster als erfgenaam onterfde eiseres recht op afgifte van medische dossiers door huisarts en apotheker?

Ja, haar belang om te bewijzen dat erflaatster ten tijde van het opstellen van het laatste testament niet compos mentis was, is zwaarwegend genoeg om inbreuk op de geheimhoudingsplicht van huisarts en apotheker te rechtvaardigen.

Samenvatting

Eiseres vordert veroordeling van huisarts en apotheek van wijlen haar tante tot afgifte van een afschrift van de volledige aldaar voorhanden zijnde medische dossiers betreffende haar tante. Eiseres, die in een eerder testament als enig erfgenaam was aangewezen, heeft die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.