FED 2022/125
Vernietiging van de rechtbankuitspraak brengt als hoofdregel niet met zich mee dat de tarieven voor de proceskosten ten tijde van de hofuitspraak moeten worden toegepast.
HR 14-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1442, m.nt. mr. E. Thomas
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 oktober 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Fierstra
- Zaaknummer
21/04379
- Noot
mr. E. Thomas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS679629:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Proceskostenvergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1442, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑10‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑10‑2022
- Wetingang
Art. 8:75 Awb; art. 2 lid 1 letter a Bpb
Essentie
Vernietiging van de rechtbankuitspraak brengt als hoofdregel niet met zich mee dat de tarieven voor de proceskosten ten tijde van de hofuitspraak moeten worden toegepast.
Samenvatting
Indien het Hof een uitspraak van een rechtbank heeft vernietigd, brengt dit als hoofdregel niet met zich mee dat het hof de terecht en naar de juiste tarieven door die rechtbank toegekende vergoeding van de kosten van door een derde verleende rechtsbijstand moet wijzigen naar de tarieven die gelden ten tijde van de uitspraak van het hof.
Op deze hoofdregel aanvaardt de Hoge Raad twee limitatieve uitzonderingsgronden:
- I.
Indien het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.