V-N Vandaag 2018/746
€ 21.250 boete voor nalaten van btw-suppleties
Rb. Zeeland-West-Brabant 09-03-2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:1650
- Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum
9 maart 2018
- Zaaknummer
BRE - 16 _ 1247
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht (V)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
Fiscaal bestuursrecht / Boete
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBZWB:2018:1650, Uitspraak, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 09‑03‑2018
- Wetingang
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (BWBV0001000, 6)Wijzigingsregeling Uitvoeringsregeling accijns (overgangsmaatregel wijziging heffing omzetbelasting op tabaksproducten) (BWBR0032955, 15)Algemene wet inzake rijksbelastingen (BWBR0002320, 67f)Algemene wet inzake rijksbelastingen (BWBR0002320, 10a)
Essentie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat willens en wetens stelselmatig te weinig btw is betaald en dat dit is te wijten aan voorwaardelijke opzet. Art. 10a AWR is echter pas op 1 januari 2012 in werking is getreden, zodat sprake is van grove schuld.
Samenvatting
Belanghebbende, B bv c.s., is een fiscale eenheid voor de btw, die een aannemings- en installatiebedrijf exploiteert. De heer A is enig aandeelhouder van B bv en doet de dagelijkse administratie. Een administratiekantoor verwerkt deze gegevens in een boekhoudprogramma en geeft door aan A welke btw-suppleties nodig zijn. Aangezien A dit jarenlang heeft nagelaten, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.