NJB 2016/649:Sprake van ‘ontuchtige handelingen’ in de zin van art. 245 Sr door vijftienjarige verdachte (middelbare scholier) met twaalfjarig meisje (basisscholier)? Deze bepaling strekt tot bescherming van de seksuele integriteit van personen die gelet op hun jeugdige leeftijd in het algemeen geacht moeten worden niet of onvoldoende in staat te zijn zelf die integriteit te bewaken en de draagwijdte van hun gedrag in dit opzicht te overzien. Art. 245 Sr beschermt deze jeugdige personen ook tegen verleiding die mede van henzelf kan uitgaan. Onder omstandigheden kan aan seksuele handelingen met een persoon tussen de twaalf en zestien jaren het ontuchtig karakter ontbreken, bijvoorbeeld indien die handelingen vrijwillig plaatsvinden tussen personen die slechts in geringe mate in leeftijd verschillen. De beoordeling hieromtrent komt in beginsel toe aan de feitenrechter. In casu is sprake van ‘ontuchtige handelingen’ gezien de ratio van art. 245 Sr, en nu – mede gelet op de ontwikkeling van de verdachte en van het meisje – een gelijkwaardige verhouding tussen hen niet waarschijnlijk was, zij elkaar nauwelijks kenden en vergaande seksuele handelingen in een schuurtje plaatsvonden