Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 10
Artikel 7 [Bijzonder dwingend recht
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012
- Bronpublicatie:
19-05-2011, Stb. 2011, 272 (uitgifte: 08-06-2011, kamerstukken: 32137)
- Inwerkingtreding
01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-2011, Stb. 2011, 340 (uitgifte: 08-07-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
1.
Bepalingen van bijzonder dwingend recht zijn bepalingen aan de inachtneming waarvan een staat zo veel belang hecht voor de handhaving van zijn openbare belangen, zoals zijn politieke, sociale of economische organisatie, dat zij moeten worden toegepast op elk geval dat onder de werkingssfeer ervan valt, ongeacht welk recht overigens van toepassing is.
2.
De toepassing van het recht waarnaar een verwijzingsregel verwijst, blijft achterwege, voor zover in het gegeven geval bepalingen van Nederlands bijzonder dwingend recht toepasselijk zijn.
3.
Bij de toepassing van het recht waarnaar een verwijzingsregel verwijst, kan gevolg worden toegekend aan bepalingen van bijzonder dwingend recht van een vreemde staat waarmee het geval nauw is verbonden. Bij de beslissing of aan deze bepalingen gevolg moet worden toegekend, wordt rekening gehouden met hun aard en strekking alsmede met de gevolgen die uit het toepassen of het niet toepassen van deze bepalingen zouden voortvloeien.