Einde inhoudsopgave
Verdrag nopens zekere vragen betreffende wetsconflicten inzake nationaliteit
Artikel 6
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1937
- Bronpublicatie:
12-04-1930, Stb. 1937, 17 (uitgifte: 30-04-1937, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-1937
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-04-1930, Stb. 1937, 17 (uitgifte: 30-04-1937, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Onder voorbehoud van het recht van een Staat ruimere bevoegdheden te geven tot het verwerpen van nationaliteit, zal ieder persoon, die twee nationaliteiten bezit, welke hij verworven heeft zonder dat hij zijnerzijds hiertoe den wil te kennen heeft gegeven, één van deze beide nationaliteiten kunnen verwerpen met machtiging van den Staat, wiens nationaliteit hij voornemens is te verwerpen.
Deze machtiging zal niet geweigerd worden aan den persoon, die zijn gewoon- en hoofdverblijf heeft in het buitenland, mits voldaan zal zijn aan de voorwaarden vereischt door de wet van den Staat, wiens nationaliteit hij wenscht te verwerpen.