NJB 2021/1812:Uithuisplaatsing. Verzoek om een deskundige te benoemen. De GI verzoekt een machtiging voor een uithuisplaatsing. De ouders verzoeken op de voet van art. 810a lid 2 Rv om een deskundigenonderzoek naar hun opvoedingsvaardigheden. Het hof wijst het verzoek van de GI toe zonder een deskundigenonderzoek te gelasten. Hoge Raad: Maatstaf. Volgens vaste rechtspraak zal een voldoende concreet en ter zake dienend verzoek tot toepassing van art. 810a lid 2 Rv, dat feiten en omstandigheden bevat die zich lenen voor een onderzoek door een deskundige, in beginsel moeten worden toegewezen indien de rechter geen feiten of omstandigheden aanwezig oordeelt op grond waarvan moet worden aangenomen dat toewijzing van het verzoek strijdig is met het belang van het kind. Uit de overwegingen van het hof blijkt niet dat het heeft onderzocht of het verzoek van de ouders voldoende concreet was en van belang voor de beoordeling van het verzoek van de GI en, zo ja, of het belang van de zoon zich tegen toewijzing van het verzoek verzette. Het hof heeft dus de maatstaf miskend. 2. Prognose. Het hof heeft een prognose gegeven over de uitkomst van het onderzoek. Dat stond het hof niet vrij.