RBP 2017/20
Doorbreking Rechtsmiddelenverbod. In hoeverre kan de betrokkene in de zin van de Wet Bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) worden ontvangen in een cassatieberoep tegen een beschikking die is gegeven op grond van art. 27 Wet Bopz?
HR 13-01-2017, ECLI:NL:HR:2017:33
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 januari 2017
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, M.V. Polak, C.E. du Perron
- Zaaknummer
16/04757
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- JCDI
JCDI:ADS185323:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Staatsrecht / Grondrechten
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:33, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑01‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1373, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑09‑2016
- Wetingang
Essentie
Beroep op doorbrekingsgrond. Rechtsmiddelenverbod. Ontvankelijkheid in cassatie.
In hoeverre kan de betrokkene in de zin van de Wet Bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) worden ontvangen in een cassatieberoep tegen een beschikking die is gegeven op grond van art. 27 Wet Bopz?
Samenvatting
De waarnemend burgemeester van de gemeente Amsterdam heeft ten aanzien van betrokkene een last tot inbewaringstelling gegeven als bedoeld in art. 20 lid 1 Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz). Betrokkene is vervolgens opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis in Den Haag. Bij verzoekschrift heeft de officier van justitie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.