Einde inhoudsopgave
Wet op de architectentitel
Artikel 23a
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Bronpublicatie:
04-03-2010, Stb. 2010, 130 (uitgifte: 25-03-2010, kamerstukken: 32016)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2010, Stb. 2010, 878 (uitgifte: 29-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Justitie
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Bouwrecht / Architectenrecht
1.
Een bureau dat werkzaam is op het gebied van architectuur, stedenbouw, tuin- en landschapsarchitectuur of interieurarchitectuur is slechts gerechtigd in of bij zijn naam een titel als bedoeld in artikel 23, eerste lid, of een afkorting van die titel, hetzij zonder nadere aanduiding, hetzij in een woordsamenstelling waarin die titel of een afkorting daarvan voorkomt, te voeren, indien de bestuurder van dat bureau of ten minste de helft van de bestuurders krachtens deze wet gerechtigd is om de desbetreffende titel te voeren.
2.
Een bureau dat aan het eerste lid voldoet, is slechts gerechtigd in of bij zijn naam een titel of afkorting als bedoeld in dat lid te combineren met een naam van een natuurlijke persoon indien die persoon krachtens deze wet gerechtigd is de desbetreffende titel te voeren.
3.
Tegen een bureau dat handelt in strijd met het eerste of tweede lid kan overeenkomstig artikel 23, tweede of derde lid, een vordering worden ingesteld als bedoeld in artikel 23, tweede lid. Op die vordering is artikel 23, vierde lid, van toepassing.