Wet buitenlandse schepen
Artikel 8
Geldend
Geldend vanaf 21-08-2004
- Redactionele toelichting
Op grond van art. 12, lid 2, van de Tijdelijke referendumwet is de inwerkingtreding opgeschort. Deze wet treedt in werking met ingang van 21-08-2004.
- Bronpublicatie:
06-07-2004, Stb. 2004, 349 (uitgifte: 20-07-2004, kamerstukken: 29394)
- Inwerkingtreding
21-08-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-07-2004, Stb. 2004, 349 (uitgifte: 20-07-2004, kamerstukken: 29394)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
De kapitein van een aangehouden schip is verplicht het schip na de aanhouding ligplaats te doen nemen op een door de toezichthouder in overeenstemming met de havenbeheerder aan te wijzen plaats.
2.
Zolang de aanhouding voortduurt, is het de kapitein verboden het schip te doen verplaatsen zonder voorafgaande toestemming van de toezichthouder. Zonder deze toestemming weigeren alle betrokken ambtenaren en registerloodsen hun medewerking bij het verplaatsen of het uitklaren van het aangehouden schip.
3.
Nadat een activiteit is stopgezet, is het de kapitein en de exploitant verboden om deze activiteit voort te zetten of haar, zolang de stopzetting niet is opgeheven, te hervatten.